Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Spellen met werkwoorden
Werkwoordspelling
Michael ter Maat
Hans Euwema
31 maart 2020
1 / 29
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
29 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Werkwoordspelling
Michael ter Maat
Hans Euwema
31 maart 2020
Slide 1 - Diapositive
Inhoud
Lesdoelen
Het nut van werkwoordspelling
Hoe zat het ook alweer?
Begrippen
De stam
Oefenen
Evaluatie
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
Je weet hoe je de stam van een werkwoord vindt
Je kunt de juiste vorm van het werkwoord 'lopen' kiezen ter vervanging van het te vervoegen werkwoord
Slide 3 - Diapositive
Het nut van werkwoordspelling
Werkwoordspelling, waarom doen we dat eigenlijk?
Maakt het nou zoveel uit of je een 't' een 'd' of 'dt' schrijft?
Slide 4 - Diapositive
Zal het druk worden denk je?
Slide 5 - Diapositive
In de
De foto in de vorige dia laat zien wat er kan gebeuren als een woord verkeerd wordt gespeld, er ontstaat
verwarring
.
Taal is
niet
door mensen
bedacht
. Je zou kunnen zeggen dat taal is
ontstaan
, en dat het, net als de mens, is
geëvolueerd.
De basis van iedere taal is de
gesproken taal
. Pas toen mensen begonnen te schrijven ontstonden de eerste regels. Om verwarring te voorkomen.
Slide 6 - Diapositive
Bekijk het onderstaande filmpje
Slide 7 - Diapositive
In welk jaar kwam de eerste Nederlandse spelling?
Slide 8 - Question ouverte
Hoe zat het ook alweer?
Bekijk het onderstaande filmpje...
Slide 9 - Diapositive
De stam van het werkwoord
Slide 10 - Diapositive
Schrijf op een blaadje/je telefoon (of ander device) de stam van de volgende werkwoorden:
Lopen
Relativeren
Smurfen
Kajakken
Onthouden
Ginnegappen
Slide 11 - Diapositive
Heb je een verband ontdekt? Zo ja, wat is dat verband?
Slide 12 - Question ouverte
De stam van het werkwoord vind je meestal door -en van het hele werkwoord af te halen:
fietsen fiets
schaatsen schaats
Maar niet altijd! Als het werkwoord eindigt op een -v of een -z maken we daar een -f of een -s van:
reizen reis
verven verf
Slide 13 - Diapositive
Wat is de juiste spelling?
Slide 14 - Diapositive
1. Het coronavirus ... sommige mensen de stuipen op het lijf (jagen (tt.)
Slide 15 - Question ouverte
2. Harrie Mens ... toen een spraakmakend programma (presenteren (vt.)
Slide 16 - Question ouverte
3. De blokhut in de bergen is voor ... wandelaars (verdwalen)
Slide 17 - Question ouverte
4. De wolken ... vreemde figuren in de lucht (vormen (vt.)
Slide 18 - Question ouverte
5. Hij heeft wel negentien overwinningen ... (behalen)
Slide 19 - Question ouverte
6. Richard was een enthousiaste en ... makelaar (verstandig zijn)
Slide 20 - Question ouverte
7. Het glas ... aan diggelen (vallen (vt.)
Slide 21 - Question ouverte
8. Ze ... niet dat hij zo'n geniaal plan had gemaakt (bevroeden (vt.)
Slide 22 - Question ouverte
Welke vorm van 'lopen' kun je gebruiken bij 1 t/m 8?
Slide 23 - Question ouverte
Hoe zat het ook alweer met het bijvoeglijk naamwoord?
A
Die schrijf je altijd in de verleden tijd
B
Die schrijf je in het meervoud
C
Die schrijf je altijd zo kort mogelijk
D
Die hoef je niet op te schrijven
Slide 24 - Quiz
Bij welke zin van opdr. 1 t/m 8 heb je een bijvoeglijk naamwoord gebruikt?
Slide 25 - Question ouverte
Heb je de lesdoelen behaald? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Slide 26 - Question ouverte
Wat vond je van deze les?
A
Stom, ik haat Nederlands
B
Leuk, ook al haat ik Nederlands
C
Leuk, ik vind Nederlands sowieso leuk
D
Stom, ook al vind ik Nederlands leuk
Slide 27 - Quiz
Einde!
Bedankt voor het meedoen aan deze les! In Taalblokken kun je verder oefenen met werkwoordspelling.
Blijf gezond en tot snel!
Slide 28 - Diapositive
Wil je nog meer oefenen?
Kopieer de link in je adresbalk:
https://www.cambiumned.nl/oefenen/spelling/werkwoordspelling/
Slide 29 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Spellen met werkwoorden
Avril 2020
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Les 3 Spellen met werkwoorden
Septembre 2021
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Spellen met werkwoorden
Septembre 2022
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Spellen met werkwoorden
Février 2022
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Werkwoordspelling les 1
Avril 2020
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Spelling tegenwoordige tijd en verleden tijd - basisregels en stappen
Octobre 2023
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Primary Education
Age 7
Werkwoordspelling 9B
Avril 2020
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Spelling
Novembre 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1