Chemie 3 havo Hoofdstuk 4 Brandstoffen

Chemie 3 havo Hoofdstuk 4 Brandstoffen
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Chemie 3 havo Hoofdstuk 4 Brandstoffen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je de verbrandingsproducten van verschillende stoffen benoemen en aantonen.
Aan het einde van de les kun je de samenstelling en het gebruik van aardolie en de daaruit verkregen fracties beschrijven.
Aan het einde van de les kun je het verschil tussen fossiele en biobrandstoffen uitleggen.
Aan het einde van de les kun je de milieugevolgen van verschillende brandstoffen analyseren.
Aan het einde van de les kun je de energieomzettingen in een auto op waterstof berekenen en de voorwaarden voor waterstofexplosies beschrijven.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over brandstoffen?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandingsproducten van stoffen en aantoningsmethoden
Volledige verbranding: Een reactie waarbij een brandstof volledig reageert met zuurstof, waarbij koolstofdioxide en water worden gevormd.
Onvolledige verbranding: Een reactie waarbij een brandstof niet volledig met zuurstof reageert, vaak met de productie van koolstofmono-oxide of roet als gevolg.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenstelling, destillatie en gebruik van aardolieproducten
Kookpunt: De temperatuur waarbij een stof van de vloeibare naar de gasvormige fase overgaat.
Kooktraject: Het temperatuurbereik waarbinnen een mengsel van stoffen met verschillende kookpunten overgaat van vloeibaar naar gas.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vergelijking van fossiele brandstoffen en biobrandstoffen
Rendement: Een maat voor de effectiviteit van een energieomzetting, uitgedrukt als een percentage van de gebruikte energie die nuttig wordt ingezet.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Milieugevolgen van het gebruik van verschillende brandstoffen
Explosiegrenzen: De concentratiegrenzen van een gas in de lucht waarbinnen het mengsel explosief kan zijn.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Energieomzettingen en rendement bij auto's op waterstof
Explosiegrenzen: De concentratiegrenzen van een gas in de lucht waarbinnen het mengsel explosief kan zijn.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Definitielijst
Volledige verbranding: Een reactie waarbij een brandstof volledig reageert met zuurstof, waarbij koolstofdioxide en water worden gevormd.
Onvolledige verbranding: Een reactie waarbij een brandstof niet volledig met zuurstof reageert, vaak met de productie van koolstofmono-oxide of roet als gevolg.
Kookpunt: De temperatuur waarbij een stof van de vloeibare naar de gasvormige fase overgaat.
Kooktraject: Het temperatuurbereik waarbinnen een mengsel van stoffen met verschillende kookpunten overgaat van vloeibaar naar gas.
Rendement: Een maat voor de effectiviteit van een energieomzetting, uitgedrukt als een percentage van de gebruikte energie die nuttig wordt ingezet.
Explosiegrenzen: De concentratiegrenzen van een gas in de lucht waarbinnen het mengsel explosief kan zijn.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 10 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 11 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 12 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.