Ik kan een notitie maken bij een telefoongesprek.

Een telefoonnotitie maken
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Een telefoonnotitie maken

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel
Aan het einde van deze les:

Weet je hoe je een telefoongesprek kunt voorbereiden

Kun je een telefoonnotitie maken.

Slide 2 - Diapositive

Op verschillende momenten is het handig om even iets op te schrijven zodat je niets vergeet. Je maakt dan een notitie.

Een notitie maak je bijvoorbeeld wanneer je een afspraak wilt maken bij de tandarts of wanneer je iets besteld bij de friettent.

Ook is het handig als je zaken noteert bij belangrijke telefoongesprekken.

In deze les leer je hoe je dit het beste kunt doen. 

De telefoon gaat. Je neemt op. Wat zeg je als eerste?
A
Niks, ik wacht tot de ander iets zegt.
B
Ik zeg "Hallo".
C
Ik zeg "hallo" tegen de ander en ik zeg mijn naam.
D
Ik vraag waarom de ander belt

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wie praat er tijdens het gesprek?
A
Alleen ik
B
Alleen de ander
C
We praten allebei tegelijk
D
We praten om de beurt

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hoeft niet te zeggen waarom je belt als de ander heeft opgenomen.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als ik iemand bel, wie bepaalt dan waar we over praten?
A
Ik bepaal, want ik heb gebeld.
B
Ik wacht tot de ander begint te vertellen.

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Goed of fout?
Als ik wil stoppen met bellen hang ik gewoon op.
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen een vriend(in) bellen of een stage adres bellen?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Vidéo

Zet het filmpje tussendoor op stop. Vraag de leerlingen: wat heb je gezien? Maak een korte notitie op het bord.
Wat schrijf je op als je
een telefoonnotitie maakt

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie heeft opgenomen?       = eigen naam
Wanneer is er gebeld?         = datum + tijd
Wie heeft er gebeld?            = naam beller
Waarom is er gebeld?         = de reden
Voor wie is de boodschap? 
Wat is het telefoonummer?

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Luister en maak een telefoonnotitie

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Goed gedaan!

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions