Drogredenen




Drogredenen
(blz. 209-215)
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

Éléments de cette leçon




Drogredenen
(blz. 209-215)

Slide 1 - Diapositive

Welke drogredenen ken je?

Slide 2 - Carte mentale

drogredenen
1. onjuist gebruik van 
argumentatieschema (redenering):
oorzaak-gevolg, generaliseren (kenmerk of eigenschap), verkeerde vergelijking
2. overtreden discussieregel:
geen argumenten --> persoonlijke aanval, ontduiken bewijslast, vertekenen standpunt

Slide 3 - Diapositive

Welke drogredenen ken je?

Slide 4 - Carte mentale

  1. Onjuiste oorzaak-gevolg
  2. Onjuist beroep op kenmerk of eigenschap
  3. Overdrijven voor- en nadelen
  4. Vals dilemma
  5. Overhaaste generalisatie
  6. Verkeerde vergelijking
  7. Onjuist beroep op autoriteit
8. Persoonlijke aanval
9. Ontduiken van de bewijslast
10. Cirkelredenering
11.Vertekenen van het standpunt
12. Bespelen van het publiek


Slide 5 - Diapositive

Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
  • de oorzaak-gevolgrelatie is dubieus:
  • drie varianten:

1  De oorzaak hoeft niet het genoemde gevolg te hebben.

Jeroen zal zijn diploma niet halen, want hij heeft geen computer thuis.

Een voorspeld gevolg  -  een waarneembare oorzaak.

Slide 6 - Diapositive

Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

2  Het genoemde gevolg kan andere oorzaken hebben.

Logisch dat hij is ontslagen; hij zat immers altijd op zijn mobiel.

Een waarneembaar gevolg - een waarschijnlijke oorzaak.

Slide 7 - Diapositive

Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

3  Er wordt een oorzaak-gevolgrelatie gelegd, terwijl die er niet is.

Het is een drama dat Rutte nog premier is, want sinds zijn aantreden gaat het slechter met de euro.

Slide 8 - Diapositive

Onjuist beroep op een kenmerk of eigenschap

Een bepaald kenmerk wordt genoemd, terwijl andere kenmerken niet genoemd worden. 
Van Dam is een goede yogaleraar, want hij kan goed met pubers opschieten.

Conclusie op basis van één eigenschap.
 

Slide 9 - Diapositive

Overdrijven voor- en nadelen
Een handeling wordt aangeraden door voordelige gevolgen te noemen / ... afgeraden door nadelige gevolgen te noemen.

Je moet gaan hardlopen want dan word je fitter, populair onder je vrienden en ga je beter op school presteren.
(On)gewenste actie want het gevolg is (on)gewenst.

Slide 10 - Diapositive

Vals dilemma
Er worden twee mogelijkheden genoemd, terwijl er meer zijn.

Je moet op de PvdD stemmen, tenzij je een slechte regering wilt.

(On)gewenste actie want het gevolg is (on)gewenst.

Slide 11 - Diapositive

Overhaaste generalisatie
Overhaaste generalisatie.

Duitsers houden van snelheid. In Duitsland mag je op de snelweg namelijk keihard racen. 


De hele groep, want één voorbeeld (algemeen, want voorbeeld).

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Topsport wordt regelmatig gebruikt voor propaganda. In 1978 tijdens het WK in Argentinië en vorig jaar in Qatar.
A
geen drogreden
B
cirkelredenering
C
verkeerde vergelijking
D
ontduiken bewijslast

Slide 14 - Quiz

Dit kabinet maakt er echt een puinhoop van, want dit kabinet doet helemaal niets goed.
A
Ontduiken van bewijslast
B
Persoonlijke aanval
C
Vertekenen van het standpunt
D
Cirkelredenering

Slide 15 - Quiz

Het geschiedenisonderwijs kan beter worden afgeschaft. Wat gebeurd is, is gebeurd. En versleten jas gooi je toch ook weg!
A
Bespelen van het publiek
B
Verkeerde vergelijking
C
Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Slide 16 - Quiz

Veel ouderen die op een e-bike rijden hebben een ongeval gehad, dus het rijden met een e-bike is gevaarlijk.
A
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
verkeerde vergelijking
C
overhaaste generalisatie
D
persoonlijke aanval

Slide 17 - Quiz

Als we wiet legaliseren, zullen meer mensen heroïne proberen.
A
Overhaaste generalisatie
B
Ontduiken van bewijslast
C
Overdrijven van voor-of nadelen
D
Persoonlijke aanval

Slide 18 - Quiz

Werklozen zijn te beroerd om te werken. Dat zie je wel aan mijn buurman
A
Overhaaste generalisatie
B
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
C
Verkeerde vergelijking
D
Cirkelredenering

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Vidéo

Welke drogreden gebruikte Louis van Gaal?
A
Onjuist beroep op het oorzaak- en gevolgschema
B
Persoonlijke aanval
C
Vals dilemma
D
Bespelen van het publiek

Slide 21 - Quiz

Wat weet jij nu van gezondheid, jij weegt zelf 100 kilo!
A
Persoonlijke aanval
B
cirkelredenering
C
Vertekenen van het standpunt

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Vidéo

Welke drogredenen hoorde je in het fragment?
A
Cirkelredenering
B
Vertekenen van het standpunt
C
Persoonlijke aanval
D
Bespelen van het publiek

Slide 24 - Quiz

Drie drogredenen: 
Vertekenen van het standpunt
Rutte beweerde dat een PVV'er de Turkse president Erdogan een aap had genoemd. Dat zou de PVV'er niet hebben gezegd. Hij gebruikte een spreekwoord: de (islamitische) aap komt uit de mouw.


Slide 25 - Diapositive

Persoonlijke aanval
In plaats van in te gaan op Ruttes uitspraak, beschuldigt Wilders Rutte ervan dat hij 'niet normaal is' en zegt: "Doe eens normaal en rustig, man." 
Hiermee wordt de persoon aangevallen, niet zijn standpunt.

Slide 26 - Diapositive

Bespelen van het publiek
Rutte zegt: "Je kunt toch niet praten over de Turkse premier als een Islamitische aap. Dat is toch een idiote uitspraak." Hiermee formuleert hij zijn standpunt zó dat het moeilijk wordt ertegen in te gaan. 

Slide 27 - Diapositive

Je moet niet naar het WK in Qatar kijken, omdat het land mensenrechten schendt.
A
drogreden
B
geen drogreden

Slide 28 - Quiz

Betoog Bakker en Van Vliet
Lees hun betoog "waarom je niet naar het WK voetbal in Qatar moet kijken" (VK, 13-11-2022)

Wat zijn hun belangrijkste argumenten?
Drogredenen?

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Vidéo

Welke drogreden hoorde je in de reclame van WC-eend?
A
Cirkelredenering
B
Onjuist beroep op autoriteit
C
Onjuist beroep op oorzaak-gevolg
D
Verkeerde vergelijking

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Vidéo

Welke drogreden gebruikt de vrouw in het fragment?
A
Bespelen van het publiek
B
Vertekenen van het standpunt
C
Cirkelredenering
D
Ontduiken van bewijslast

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Vidéo