Gebiedende wijs

Der Imperativ (gebiedende wijs)
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Der Imperativ (gebiedende wijs)

Slide 1 - Diapositive

Welke 3 vormen van de gebiedende wijs ken je?

Slide 2 - Question ouverte

Hoe maak je de du-vorm (enkelvoud) van de gebiedende wijs?
A
Ich-vorm gebruiken en -e weghalen
B
Du-vorm gebruiken en -st weghalen
C
Er-vorm gebruiken en -t weghalen
D
Hele werkwoord

Slide 3 - Quiz

Hoe maak je de ihr-vorm (meervoud) van de gebiedende wijs?
A
Stam + e
B
Stam + st
C
Stam + t
D
Stam + en

Slide 4 - Quiz

Hoe maak je de Sie-vorm (beleefdheidsvorm) van de gebiedende wijs?
A
Hele werkwoord
B
Werkwoord -en + Sie
C
Hele werkwoord + Sie
D
Gewoon normaal

Slide 5 - Quiz

Wat doe je bij de du-vorm bij werkwoorden met stam op -d/-t?

Slide 6 - Question ouverte

Gebied. wijs enkelvoud van "denken"
A
Denkt!
B
Denken Sie!
C
Denk!
D
Denkst!

Slide 7 - Quiz

Gebied. wijs beleefdheidsvorm
"gehen"
A
Geht!
B
Gehen Sie!
C
Geht Sie!
D
Gehe Sie!

Slide 8 - Quiz

Gebied. wijs enkelvoud van "arbeiten"
A
Arbeit!
B
Arbeitet!
C
Arbeite!
D
Arbeiten!

Slide 9 - Quiz

Gebied. wijs meervoud van "machen"
A
Machst!
B
Mach!
C
Machen Sie!
D
Macht!

Slide 10 - Quiz

Gebied. wijs beleefdheidsvorm van "gewinnen"
A
Gewinnen Sie!
B
Gewinnen!
C
Gewinnt!
D
Gewinne!

Slide 11 - Quiz

Gebied. wijs meervoud van "spielen"
A
Spiele!
B
Spiel!
C
Spielen Sie!
D
Spielt!

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Lien