1 Hoe denkt een baby?

1 Hoe denkt een baby? p. 133-140
1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch handelenSecundair onderwijs

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 240 min

Éléments de cette leçon

1 Hoe denkt een baby? p. 133-140

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

A Wat zijn de wensen en behoeften van de mama van Maya?

Slide 3 - Question ouverte

A Wat zijn de wensen en ...?
  • Maya steekt graag dingen in haar mond.
  • MAAR haar mama wil niet dat ze aarde in haar mond steekt.

Slide 4 - Diapositive

B Wat zijn de eventuele moeilijkheden?

Slide 5 - Question ouverte

B Wat zijn de eventuele ...?
  • Maya is heel benieuwd en wil graag alles leren kennen.
  • Mama vindt het niet leuk, omdat Maya er al eens ziek van is geweest.

Slide 6 - Diapositive

C Hoe zou jij deze situatie aanpakken?

Slide 7 - Question ouverte

C Hoe zou jij deze situatie ...?
  • Maya niet op de grond laten spelen
  • aan Maya duidelijk maken dat het niet ok is om aarde in haar mond te stoppen

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Jean Piaget
  • vier stadia in de cognitieve ontwikkeling
  • Iedereen doorloopt deze 4 stadia in dezelfde volgorde.
  • Het tempo en de leeftijdsgrenzen verschillen van persoon tot persoon.
  • Het denken is gevoelig voor erfelijke invloeden (nature) en invloeden uit de omgeving (nurture).

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Een baby bevindt zich in het sensomotorische stadium.
  • Een baby leert denken door te doen.
  • Een baby leert zijn wereld kennen door zijn zintuigen (sensorisch) te gebruiken en te bewegen (motorisch).
  • Dit stadium bestaat uit 6 verschillende leeftijdsperiodes.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Diapositive

Wat betekent objectpermanentie?

Slide 16 - Question ouverte

Objectpermanentie is het besef dat een voorwerp blijft bestaan, ook al verdwijnt het voorwerp uit het gezichtsveld.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive


A
Odette handelt bewust.
B
Odette handelt onbewust.

Slide 22 - Quiz

Odette is zich niet bewust van haar handeling, want ze schrikt wanneer de rammelaar lawaai maakt.

Slide 23 - Diapositive


A
Omar handelt bewust.
B
Omar handelt onbewust.

Slide 24 - Quiz


Omar is zich bewust van zijn handeling.
Hij neemt de lepel vast, gooit die bewust op de grond en kijkt meteen naar zijn papa om te zien hoe hij reageert.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Vanaf ongeveer 1 jaar ontstaat zelfbesef.
  • Kind herkent zichzelf eerst in de spiegel (zelfherkenning)
  • Daarna begint het zichzelf met 'ik' te benoemen.
  • Het kind beseft dat het bestaat, los van de wereld.
  • Het kind beseft dat het een zelfstandig persoon is, los van zijn ouders en andere mensen om zich heen.

Slide 31 - Diapositive


Slide 32 - Question ouverte

Stella kijkt naar de voelboekjes (zintuigen) en grijpt ernaar (motoriek).
Door de voelboekjes vast te nemen (motoriek), hoort ze een ritselend geluid (zintuigen).

Slide 33 - Diapositive


Slide 34 - Question ouverte

Kjetil stampt met zijn beentjes tegen de aap (motoriek), die hij ziet hangen (zintuigen). 
Daarna hoort hij een geluid (zintuigen).

Slide 35 - Diapositive


Slide 36 - Question ouverte

Arjan grijpt naar de aarde, brengt die naar zijn mond (motoriek) en proeft ervan (zintuigen).
Hij voelt dat het zand uit zijn vingers glijdt (zintuigen).

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive


Slide 41 - Question ouverte


Slide 42 - Question ouverte

Slide 43 - Diapositive

  • Marja leert door zaken in haar mond te steken
  • = sensomotorische fase van de denkontwikkeling
  • = ze leert door te doen
  • Daarvoor gebruikt ze voornamelijk haar zintuigen
  • = hand en mond

Slide 44 - Diapositive

  • Het is echter belangrijk om Maya goed in de gaten te houden, terwijl ze speelt zodat ze geen zaken in haar mond steekt die schadelijk kunnen zijn.
  • Wijs Maya erop dat ze geen aarde in haar mond mag steken.
  • De kinderbegeleiders kunnen aan mama vragen wat ze thuis doet wanneer Maya dingen in haar mond steekt.

Slide 45 - Diapositive