Les 2, 3 en 5
1 / 34
La durée de la leçon est: 50 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Standpunt
Slide 3 - Carte mentale
Argument
Slide 4 - Carte mentale
Stelling = argument --> standpunt
A
Juist
B
Fout
Slide 5 - Quiz
Conclusie = standpunt --> argument
A
Juist
B
Fout
Slide 6 - Quiz
Stelling
Conclusie
Standpunt --> argument
Argument --> standpunt
Slide 7 - Question de remorquage
Ik ga morgen naar de bioscoop, want er draait een leuke film. Argument?
Slide 8 - Question ouverte
'Ik vind jullie een plezante klas omdat jullie naast hard werken ook openstaan voor wat humor.'
A
Stelling
B
Conclusie
Slide 9 - Quiz
Niemand leest nog boeken, dus bibliotheken zijn overbodig. Argument?
Slide 10 - Question ouverte
Simon wil naar Spanje op vakantie, aangezien het in België heel koud is.
A
Stelling
B
Conclusie
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Het onderwerp
De hoofdgedachte
= waar de tekst over gaat en kun je samenvatten in een of enkele woorden
= wat de schrijver duidelijk wil maken aan de lezer en kun je weergeven in een zin
Slide 13 - Question de remorquage
Topische vragen
Slide 14 - Carte mentale
Teksttype
Slide 15 - Carte mentale
Tekstsoort
Slide 16 - Carte mentale
Tekstdoel
Slide 17 - Carte mentale
Teksttype
Tekstsoort
Tekstdoel
Krantenartikel
Handleiding
Stripverhaal
Informatieve tekst
Persuasieve tekst
Opiniërende tekst
Informeren
Overtuigen
Instructies geven
Slide 18 - Question de remorquage
Informatieve tekst
Persuasieve tekst
Prescriptieve tekst
Iets mee te delen, informatie te geven
iemand overtuigen of beïnvloeden
Instructies geven
Slide 19 - Question de remorquage
Opiniërende tekst
Narratieve tekst
Argumentatieve tekst
Argumenten geven voor een standpunt.
Verhaal vertellen
Je mening geven.
Slide 20 - Question de remorquage
Teksttype?
A
Kortingsbon
B
Reclame
C
Toegangsticket
D
Brochure
Slide 21 - Quiz
Tekstdoel?
A
Een staafdiagram
B
Amuseren
C
Informeren
Slide 22 - Quiz
Teksttype?
A
Gesprek
B
Artikel
C
Weetje
D
Interview
Slide 23 - Quiz
Teksttype + tekstdoel?
A
Uitnodiging - informeren
B
Affiche - gedachten beïnvloeden
C
Affiche - informeren
D
Corona-app - gedachten beïnvloeden
Slide 24 - Quiz
Teksttype?
A
Weerbericht
B
Verhaal vertellen
C
Weerkaart
D
Gedachten beïnvloeden
Slide 25 - Quiz
Een kortingsbon is een tekstdoel.
A
Juist
B
Fout
Slide 26 - Quiz
Welke tekstsoort is een recensie?
A
opiniërende tekst
B
informatieve tekst
C
narratieve tekst
D
argumentatieve tekst
Slide 27 - Quiz
Teksttype?
A
Weerkaart
B
Weerkaart + weerbericht
C
Weerbericht
D
Geen van de drie bovenstaande
Slide 28 - Quiz
Welke tekstsoort is een krantenartikel?
A
Informatieve tekst
B
Prescriptieve tekst
C
Persuasieve tekst
D
Opiniërende tekst
Slide 29 - Quiz
Tekstdoel?
A
Informeren
B
Instructie geven
C
Gedachten beïnvloeden
Slide 30 - Quiz
Welke tekstsoort zijn de spelregels?
A
Informatieve tekst
B
Prescriptieve tekst
C
Persuasieve tekst
D
Opiniërende tekst
Slide 31 - Quiz
Slide 32 - Diapositive
Vooroordeel
Slide 33 - Carte mentale
Stereotype
