VWO 2 Ch. 2 klaar voor de repetitie

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

À l'école, tu prends TOUJOURS avec toi: (écris dans ton cahier)

• Ton livre (attention: livre A!)
• Ton cahier (je schrift) 
• Un stylo bleu et rouge
• Tes écouteurs (je oortjes) 

Bienvenue dans la classe de français!! 

Le programme d'aujourd'hui: 

• On peut demander des questions 
• On va écrire sur notre copain/copine idéal(e) 
• On va exercer pour la répétition

Le but de ce cours: Je bent klaar voor de repetitie :-)

Les règles de classe: 

• Jas, eten & gamen: Buiten de les!! 
• We zorgen goed voor het lokaal en de spullen die erin staan.
• We praten vriendelijk met/tegen elkaar.
• We luisteren naar elkaar en wanneer ik jullie aandacht wil, zijn jullie stil.
• Wanneer je wilt praten -> vinger omhoog. 
• Let op het stoplicht!! ->

Les devoirs

Apprendres ch.2 

Il y a des questions maintenant pour la répétition??

Écrire

Quoi: décris ta copine/ton copain idéal(e)!!

Comment: seul, et fais des phrases entières!

+maak gebruik van bijv. nw. en werkwoorden -er.

Aide: les Apprendres de Ch. 2

Temps: 15 minutes

Résultat: Tu as décrit ton copain/ta copine idéal(e).

Prêt: fais slim stampen.

ta copine idéale/ton copain idéal! 

Sujets:

• Comment il/elle s'appelle?
• Physique (uiterlijk)
• personnalité
• sa chambre
• Hobbies
• animaux domestiques

Traduis: partager et pénible

1. Delen en vervelend
2. delen en lastig
3. veranderen en vervelend
4. Veranderen en aardig

Traduis: de woonkamer en het bed

1. La cuisine et la salle de bains
2. La chambre et la cuisine
3. Le salon et le lit
4. Le grenier et le bureau

Traduis: Qu'est-ce que nous aimons faire ensemble?

1. Wat vinden wij leuk om te doen?
2. Waar zitten wij samen op?
3. Wat vinden jullie leuk om te doen?
4. Waarom doen wij dingen samen?

Traduis: arrêter et interdit(e)

1. voorstellen en inderdaad
2. voorstellen en verboden.
3. stoppen en tevreden
4. stoppen en verboden

J'ai une .......... soeur ..........?

1. 'beau' en het staat voor het zelfst. nw.
2. 'belle' en het staat voor het zelfst. nw.
3. 'belles' en het staat achter het zelfst. nw.
4. belle en het staat achter het zelfst. nw.

Mes chaises sont .............

1. nouveau
2. nouveaux
3. nouvelle
4. nouvelles

J'ai un ........ chien.........

1. 'noire' en het staat voor het zelfst. nw.
2. 'noir' en het staat achter het zelfst. nw.
3. 'noirs' en het staat achter het zelfst. nw.
4. 'noir' en het staat voor het zelfst. nw.

Fin du cours

Le but de ce cours... 

À la prochaine fois!!

le dos

la gorge

le ventre

la jambe

la main

le pied

la tête

le bras

accro

mauvais(e)

de rug

de keel

de voet

de hand

het been

het hoofd

de buik

de arm

verslaafd

slecht