Herhaling H3 M1

Lesdoel: herhalen en oefenen H3 Monniken en ridders. 
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Lesdoel: herhalen en oefenen H3 Monniken en ridders. 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb je vragen over H3 monniken en ridders?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke jaartallen horen bij het tijdvak 3 Monniken en ridders

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie was de leider van het Frankische Rijk?
A
Keizer Nero
B
Keizer Karel de Grote
C
Mohamed
D
Donar

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het leenstelsel?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

 Leenstelsel
Bestuursysteem met leenheren en leenmannen 
Het land werd verdeeld in stukjes en uitgeleend.
 De koning was de leenheer
De edelman was de leenman
Edelman mocht de opbrengsten van het land hebben en moest voor veiligheid en orde zorgen. (ridders leveren)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schema van het leenstelsel. 
De leenmannen kregen een titel = adel

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn ridders?
A
Militairen te voet
B
Militairen te paard
C
Kannoniers
D
Boogschutters

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Politieke verdeeldheid
Na de dood van Karel luisterden de leenmannen niet meer zo goed. Veel hertogen en graven gingen hun gebied als hun eigen behandelen. Gevolg veel ruzie en oorlogen > 
daardoor onveiligheid, inval Vikingen

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hiernaast zie je een domein. Wie was de baas van een domein?
A
Een horige
B
Een vrije boer
C
Een landheer
D
Een bisschop

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld adel

Slide 11 - Carte mentale

Volgens de Nederlanders: een held, vader des vaderland, volgens de Spanjaarden: een oproerkraaier, samenzweerder, ketter, misschien wel een terrorist. 

Willem van Oranje ging met geweld in tegen het bestuur van het land. De Spaanse vorst Filips II liet Willem van Oranje zelfs vogelvrij verklaren. Dit betekent dat Willem van Oranje vermoord mocht worden en de moordenaar een grote geldprijs en een adellijke titel zou krijgen. Dit is dan ook gebeurd. Dit voorbeeld laat zien dat het afhankelijk is van de context, tijd, je thuisland en je positie in de samenleving of je iemand als Willem van Oranje ziet als terrorist of als vrijheidsstrijder.
Hofstelsel

  • Meeste mensen leefden op een domein: bescherming in ruil voor afstaan land 
  • Op het domein woonden een heer en vrije boeren
  • Horigen verrichtten herendiensten en betaalden pacht
  • Boeren waren halfvrij
  • In het hofstelsel waren er rechten, plichten en voorrechten

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een horige is een
A
tot slaaf gemaakte boer, hoorden bij het land
B
een halfvrije boer, hoorden bij het land
C
een vrije boer, hoorde niet bij het land

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

 De verspreiding van het Christendom
  • In het Frankische rijk geloofden mensen nog veel in natuurgoden, monniken willen de mensen bekeren
  • Ze maakten gebruik van oude feesten zoals kersfeest op het Midwinterfeest vieren
  • Priesters hadden veel invloed op het dagelijkse leven
  • In de Middeleeuwen was er sprake van een standensamenleving (geestelijken, adel en boeren)

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een heiden?
A
Volger van de Christelijke godsdienst
B
Iemand die het christelijke geloof verspreidt
C
Soldaat van de Frankische koningen
D
Iemand die niet het goede geloof heeft

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Standensamenleving

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De taak van de derde stand was...
A
Bidden
B
Vechten en beschermen
C
Werken
D
Voeden

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je op het plaatje hiernaast?
A
Een kerk
B
Een synagoge
C
Een klooster
D
Een moskee

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waardoor waren geestelijken belangrijk in de samenleving?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Geestelijken:
Konden als enige lezen en schrijven
Hielpen bij het bestuur
Ze vertelden de mensen hoe ze moesten leven volgens de bijbel

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 islam in Europa
  • In de 7e eeuw ontstaat een nieuw geloof: de Islam
  • Het geloof in Allah en zijn profeet Mohammed is belangrijk
  • Islam heeft vijf zuilen: geloofsbelijdenis, 5 keer per dag bidden, armen&zieken helpen, ramadan, bedevaart
  • Moslims veroveren veel gebieden: bekeren niet verplicht
  • Jihad is heilige strijd (in jezelf of naar anderen)

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vragen heb je nog?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij de Arabisch wereld is belangrijk:
A
Arabische schrift
B
Islam als staatsgodsdienst
C
Arabische hoofdtaal
D
Alle drie

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag, kies uit...
- Kijk je werkboek na met de antwoordenbladen
- Oefen de begrippen met slim stampen
- Oefen met test jezelf wb. blz. 54
- Maak de oefentoets digitaal

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions