Nectar 3.2: Zien

Welkom!
Ga naar LessonUp.app
Vul de code (links onderin het scherm)


1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Ga naar LessonUp.app
Vul de code (links onderin het scherm)


Slide 1 - Diapositive

Vandaag in de les
Leerdoelen van paragraaf 3.2
Interactieve uitleg
Zelfstandig aan het werk
Gezamenlijke afsluiting

Slide 2 - Diapositive

De leerdoelen van 3.2 (deel 1)

Leerdoel 1: Ik ken de onderdelen aan de buitenkant van het oog
Leerdoel 2: Ik ken de verschillende lagen van het oog
Leerdoel 3: Ik weet welke twee vlekken er op je netvlies zitten
Leerdoel 4: Ik weet wat kegeltjes en staafjes zijn

Slide 3 - Diapositive

Hoe heet het gekleurde deel van je oog?
A
De pupil
B
Het hoornvlies
C
De lens
D
De iris

Slide 4 - Quiz

Leerdoel 1: Ik ken de onderdelen aan de buitenkant van het oog

Iris: Het gekleurde gedeelte van je oog


: Het zwarte rondje in het oog
Je pupil is eigenlijk een gaatje in je iris


Oogwit: Het witte gedeelte van het oog

Slide 5 - Diapositive

Leerdoel 1: Ik ken de onderdelen aan de buitenkant van het oog

Wenkbrauwen, oogleden
en wimpers beschermen het oog


Traanklier maakt traanvocht


Traanbuis voert vocht en deeltjes af
naar de neus

Slide 6 - Diapositive

Traanvocht is belangrijk voor je ogen. Bedenk een reden waarom traanvocht zo belangrijk is.

Slide 7 - Question ouverte

Leerdoel 2: Ik ken de verschillende lagen van het oog
1. Harde oogvlies

Beschermt alles wat in het oog ligt
Aan de voorkant is het harde oogvlies
doorzichtig.


Hoornvlies: het doorzichtige gedeelte

Slide 8 - Diapositive

Leerdoel 2: Ik ken de verschillende lagen van het oog
2. Vaatvlies


Hierin vindt je vooral bloedvaatjes
Alle stoffen die het oog nodig 
heeft worden door deze 
bloedvaatjes vervoerd

Slide 9 - Diapositive

Leerdoel 2: Ik ken de verschillende lagen van het oog
3. Netvlies


Je netvlies is het lichtzintuig van
 je oog

Hiermee kun je zien.

Slide 10 - Diapositive

Het doorzichtige gedeelte van het oog is...
A
Het hoornvlies
B
Het vaatvlies
C
Het harde oogvlies
D
Het netvlies

Slide 11 - Quiz

Bij welke laag van je oog horen je iris en pupil?
A
Het harde oogvlies
B
Het vaatvlies
C
Het netvlies

Slide 12 - Quiz

Gele vlek
Blinde vlek
Heel veel kegeltjes en staafjes
Hiermee zie je heel scherp
Hiermee zie je niks
Hier zit de oogzenuw

Slide 13 - Question de remorquage

Leerdoel 3: Ik weet welke vlekken er op je netvlies zitten
Met de blinde vlek kun je niks zien
Je merkt hier alleen niks van, omdat je hersenen dit corrigeren.

Slide 14 - Diapositive

Leerdoel 3: Ik weet welke vlekken er op je netvlies zitten
De blinde vlek is waar de oogzenuw zit.
De oogzenuw stuurt alles wat je ziet door naar je hersenen

Slide 15 - Diapositive

Leerdoel 4: Ik weet wat kegeltjes en staafjes zijn

Kegeltjes en staafjes zijn de zintuigen van het oog
Zij geven de informatie van hetgeen wat je ziet door aan je hersenen.

Ze staan in contact met de oogzenuw.

Slide 16 - Diapositive

Op de blinde vlek zitten geen kegeltjes en staafjes. Op de gele vlek zitten veel kegeltjes

Slide 17 - Diapositive

Welke bewering klopt NIET?
A
Met de kegeltjes zie je alle kleuren en met de staafjes zie je zwart/wit
B
In het donker maak je meer gebruik van je staafjes
C
Er is maar een type kegeltjes
D
Mensen die nachtblind zijn hebben slecht werkende staafjes

Slide 18 - Quiz

Ga zelfstandig aan de slag
Lezen paragraaf 3.2: Hoe krijg je genoeg licht in je ogen, waardoor zie je altijd scherp en wanneer heb je een bril nodig?

Maken: paragraaf 3.2: Opdracht 13 t/m 22 

Je mag hier twee lessen over doen! 


Slide 19 - Diapositive