12. Kritisch lezen

H5 Lezen
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H5 Lezen

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
  1. Uitleg kritisch lezen (20 minuten)
  2. Zelf aan de slag (20 minuten)

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel
Aan het eind van de les:
- weet je wat kritisch lezen is en
 - kun de betrouwbaarheid van een tekst vaststellen. 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive


Wat valt je op als je de twee koppen met elkaar vergelijkt?

Slide 5 - Carte mentale

Lees de volgende artikelen

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Welke tekst is betrouwbaar en waarom?

Slide 9 - Question ouverte

Hoe kun je controleren of informatie klopt?

Slide 10 - Carte mentale

Stelling: 'Een artikel uit het jaar 2004 is betrouwbaar'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Stelling: 'Je kan er vanuit gaan dat een auteur van een tekst deskundig is'
Juist of onjuist? Waarom?

Slide 12 - Question ouverte

Theorie - Kritisch lezen 
Om vast te stellen of een tekst betrouwbaar is, moet je deze tekst kritisch lezen. 

Een tekst kan niet-objectief zijn. Dat wil zeggen dat er informatie wordt weggelaten omdat de auteur daar belang bij heeft. Denk aan een reclamefolder of artikelen in een roddelblad. 

Slide 13 - Diapositive

Waarom is een roddelblad niet objectief?

Slide 14 - Question ouverte

Informatie in een roddelblad is niet objectief omdat het doel van de tekst is om je te vermaken. Het maakt voor het blad niet uit of het op waarheid gebaseerd is. Zij willen gewoon zo veel mogelijk bladen verkopen. 

Slide 15 - Diapositive

Stel bij het kritisch lezen van een tekst het volgende vast: 
- Is de auteur deskundig? 
- Is de auteur onpartijdig of heeft hij een bepaald belang? Kun je uit de tekst of hete onderschrift iets afleiden over de opleiding of het beroep van de auteur? 
- Waar en wanneer is de tekst gepubliceerd? 
- Is de informatie in de tekst niet verouderd? 
- Zijn de mensen die geïnterviewd worden betrouwbaar en deskundig? Komen er voor- en tegenstanders aan het woord? 
- Klopt het wat de auteur zegt? Laat hij geen belangrijke dingen weg? 
- Zijn de argumenten van de auteur sterk of kun je hier makkelijk iets tegen inbrengen? 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Aan de slag
Maak: opdracht 1 en 2 in je boek op pagina 133 en 134 van je boek.


Let op: dit is veel werk en het moet morgen al af. We zitten helaas een beetje in tijdnood. Vandaar dat we ook 15 minuten in stilte gaan werken!
timer
15:00

Slide 18 - Diapositive