Paragraaf 4.1 Leenheren en leenmannen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

4.1 Leenheren en leenmannen

Blz. 56 t/m 58

In deze paragraaf leer je:

• hoe Karel de Grote een machtig koning en keizer werd over een groot rijk. 
• op welke manier Karel zijn rijk bestuurde.
• hoe politieke verdeeldheid en onveiligheid ontstonden na Karels dood. 
• welke plaats ridders hadden in de samenleving. 

Samen lezen

We lezen klassikaal de volgende stukjes:

• Het Frankische rijk
• Bestuur

Aantekening

Paragraaf 4.1, blz. 57

Conclusie: wat je eruit haalt, een bevinding of oordeel.

Voorrecht:  een recht dat (de meeste) anderen niet hebben.

Karel de Grote

Het Frankische rijk

Huiswerk 16-02

Maak van paragraaf 4.1 opdracht 1 t/m 3. 

Informatieboek blz. 56 en 57. 

Werkboek blz. 67

Herhaling

1. Vertel in drie zinnen wie Karel de Grote was.

2. Wat was een leenheer?

3. Wat was een leenman?

4. Hoe zat het leenstelsel/feodalisme in elkaar?

Samen lezen

We lezen klassikaal de volgende stukjes:

• Verdeeldheid en onveiligheid
• Ridders

Huiswerk 4-04

Maak van paragraaf 4.1 opdracht 4 t/m 9. 

Informatieboek blz. 57 en 58. 

Werkboek blz. 68 en 69.