Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Taalverzorging spelling
KB21
Slide 1 - Diapositive
Persoonsvorm tt
Enkelvoud:
Ik of jij/je erachter: alleen de ik-vorm
hij, zij, jij, het: ik-vorm + t
Tip! gebruik lopen om te horen of er een -t achter de ik-vorm moet.
Slide 2 - Diapositive
Hij .....(kiezen) morgen een nieuwe klassenvertegenwoordiger.
Slide 3 - Question ouverte
Ik....(vinden) pure chocola het lekkerst.
Slide 4 - Question ouverte
Verf....(drogen) sneller door een speciale drogingslamp.
Slide 5 - Question ouverte
De brilbeer...(leven) in Zuid-Amerika in de bossen van de Andes.
Slide 6 - Question ouverte
Persoonsvorm vt
Als de laatste letter van het hele werkwoord zonder -en een van de medeklinkers in 't ex-fokschaap is, dan komt er in de vt -te(n) achter de ik-vorm. Anders komt er -de(n) achter.