grammatica ontleden incl ng

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

grammatica

In deze les oefen je met:

werkwoorden : hww - zww - kww

ontleden

even herhalen

koppelwerkwoorden: zijn, worden, blijven, blijken, schijnen, lijken, dunken, heten en voorkomen.

Dennis wil een hond kopen.
'Wil' is een...

1. zww
2. hww
3. kww

Dennis wil een hond kopen.
'kopen' is een

1. zww
2. kww
3. hww

De hond moet geen zeehond zijn.
'moet' is een...

1. zww
2. hww
3. kww

De hond moet geen zeehond zijn.
'zijn' is een

1. zww
2. kww
3. hww

De hond moet niet op een zeehond lijken.
Lijken is een:

1. zww
2. hww
3. kww

De hond zou graag met zijn baasje willen wandelen.
ng of wg? Noteer het gezegde.

Maar, het baasje is vorige week ziek geworden.
ng of wg? Noteer het gezegde

Mijn hond wil graag met de stok spelen.
Noteer het gezegde.

Mijn hond wil graag met de stok spelen.
'wil spelen' is een ng of een wg?

Noteer het ng of wg
Zou je met mij willen dansen?

Noteer het ng of het wg
Zij bleef de hele nacht wakker.

Ontleed de volgende zin.
Evert wil een cadeau aan zijn moeder geven.

ontleed de volgende zin.
Jos wil later zanger worden.

ontleed de volgende zin:
Desiree zou morgen op het feest kunnen komen.

Noteer de drie belangrijkste koppelwerkwoorden

Dit was een makkie

1. ja
2. nee
3. weet het nog niet