4 Havo mei 2021 ruilen over de tijd par. 2.1

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Par. 1.3 
  •          Nominale rente
  •    Reele rente
  • Koopkracht
  • Inflatie 

Slide 6 - Diapositive

Ik heb € 300,- gespaard en krijg 5% rente.
Ik heb € 1000,- gespaard en krijg 3 % rente.
Ik heb €550,- gespaard en krijg 1,5 % rente.
Ik heb 470,- gespaard en krijg 6% rente.
Sleep de rente naar het juiste vak.
€ 15,- rente
€ 30,- rente
€ 7,75 rente
€ 28,20 rente

Slide 7 - Question de remorquage

Maak van onderstaande tekst een economisch juiste redenering.
Het gevolg van een toenemend aanbod van spaargeld op de vermogensmarkt is het …(1)…. 

Hierdoor zal er …(2)… in dit land.
 Dit veroorzaakt bij gelijkblijvende inkomens een stijging van de …(3)…
dalen van de rente 
stijgen van de prijzen
meer gespaard worden
meer geleend worden
bestedingen
koopkracht

Slide 8 - Question de remorquage

Welke hypotheekvormen
ken je?

Slide 9 - Carte mentale

Er zijn verschillende hypotheekvormen. Patrick heeft een hypotheek waarbij de rente en aflossing elk jaar samen hetzelfde bedrag zijn, zoals is weergegeven in de grafiek.

Welke bewering over zijn hypotheeklasten is juist?
A
De rente is: elk jaar meer De aflossing is: elk jaar evenveel
B
De rente is: elk jaar meer De aflossing is: elk jaar minder
C
De rente is: elk jaar minder De aflossing is: elk jaar evenveel
D
De rente is: elk jaar minder De aflossing is: elk jaar meer

Slide 10 - Quiz

Par. 2.1
  • Rijksbegroting
  • Belastingen: direct en indirect
  • Staatsschuld
  • financieringssaldo 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Miljoennnota
  • De rijksbegroting is een overzicht van alle inkomsten en uitgaven die de rijksoverheid in het komende jaar verwacht.

  • De miljoenennota is een toelichting op deze inkomsten en uitgaven.

  • De minister van Financiën presenteert elk jaar op de derde dinsdag van september (Prinsjesdag) de rijksbegroting aan de Tweede Kamer.

Slide 13 - Diapositive

Directe vs indirecte belasting

Slide 14 - Diapositive

Loonbelasting is een ... belasting.
A
directe
B
indirecte

Slide 15 - Quiz

Accijns noem je ....
A
Directe belasting
B
Indirecte belasting

Slide 16 - Quiz

Btw noem je ...
A
directe belasting.
B
Indirecte belasting

Slide 17 - Quiz

Belasting over inkomen, winst en vermogen noem je ...
A
indirecte belasting.
B
directe belasting.

Slide 18 - Quiz

0

Slide 19 - Vidéo

Begroting en Financieringssaldo

* begrotingstekort = begrote inkomsten - begrote uitgaven
* financieringstekort = begrotingstekort - aflossingen 
                          = toename staatsschuld

Slide 20 - Diapositive

Opgaven
Van een fictief land is het volgende gegeven (alle bedragen in miljarden euro’s):



a) Bereken het begrotingstekort in 2018 en 2019.
b) Bereken het financieringstekort in 2018 en 2019.


Slide 21 - Diapositive

Is het mogelijk dat de staatsschuld afneemt bij een begrotingstekort?

Slide 22 - Question ouverte

Wat gebeurt er met de staatsschuld als het financieringstekort kleiner is dan het jaar ervoor?

Slide 23 - Question ouverte

Overheidssaldo & overheidsschuld (§3.1)
Waarom is het reduceren van 
het financieringstekort wenselijk?

Bedenk minimaal 2 redenen

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

Slide 26 - Diapositive