B4, T8, paragraaf 4 beïnvloeding van het zenuwstelsel

Thema 8 
Regeling 
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Thema 8 
Regeling 

Slide 1 - Diapositive

Paragraaf 4

Beïnvloeding van het zenuwstelsel

Slide 2 - Diapositive

Doen vandaag:
Instructie paragraaf 4

Slide 3 - Diapositive

Doelen
8.4.1 Je kunt de invloeden van medicijnen, alcohol en drugs op je zenuwstelsel beschrijven. 
8.4.2 Je kunt de risico's van het gebruik van verslavende middelen noemen. 

Slide 4 - Diapositive

Beïnvloeding van het zenuwstelsel
Stoffen die het zenuwstelsel kunnen beïnvloeden:
medicijnen
tabak
drugs
alcohol

Slide 5 - Diapositive

Medicijnen
Sommige zorgen ervoor dat de werking van het zenuwstelsel wordt geremd. 
Denk maar aan pijnstillers en kalmeringsmiddelen. 
Deze maken je suf...je WAARNEMINGSVERMOGEN en je REACTIEVERMOGEN nemen af.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Alcohol
Een verdovend middel, je voelt minder.
Op jonge leeftijd 'veel' drinken kan voor blijvende hersenschade zorgen: leerstoornissen, depressie en geheugenstoornissen. 
Later grotere kans op verslaving!!!
Veranderingen in je bloeddruk die gevaarlijk zijn.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Lien

Drugs
Beïnvloeden je centrale zenuwstelsel.
3 groepen:
Verdovende middelen (Downers), alcohol, GHB, heroïne.
Stimulerende middelen (uppers), energiedrankjes, tabak en XTC
Bewustzijnsveranderende middelen (trippers), cannabis en paddo's.

Slide 10 - Diapositive

Wat zijn de problemen van het gebruik van middelen die het zenuwstelsel beïnvloeden?
Verslaving, afhankelijk van een middel
Denk maar aan Nicotine (stimuleert Dopamine aanmaak)
Je tolerantie wordt steeds groter, dus steeds meer nodig.

Je raakt lichamelijk of geestelijk afhankelijk van een middel. 

Nadeel illegale middelen: zijn niet gecontroleerd, zit vaak nog meer troep in!!!

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Vidéo

Verslaving
Wat is een verslaving?
Wat zijn de nadelen van een verslaving?
Kun je gevoelig zijn voor een verslaving?
Is de kans op een verslaving groter als je jonger dan 18 begint met genotsmiddelen? En 23? 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Verslaving
Je TOLERANTIE voor een middel wordt steeds hoger= meer nodig voor hetzelfde effect.
Je raakt LICHAMELIJK AFHANKELIJK, je krijgt ontwenningsverschijnselen, je voelt je heel ziek.
Je raakt GEESTELIJK AFHANKELIJK, je kunt niet zonder het middel en voelt je onrustig/slecht als je het niet krijgt. 

Slide 16 - Diapositive

verslaving?!
Kan jij verslaafd raken?
Waarom wel/niet? 
Kun jij van je middelen gebruik dat je tot nu toe hebt gehad problemen krijgen? 
Waarom wel/niet?

Slide 17 - Diapositive

Effecten van middelen gebruik, jongeren:
Korte termijn:
  • Concentratie vermindert
  • reactievermogen vermindert
  • Vaker betrokken bij verkeersongelukken
  • Sneller een black-out of vergiftiging


Lange termijn:
Meer kans op verslaving
Hersen komen niet tot volledige ontwikkeling, met als gevolg: geheugenstoornissen, leerstoornissen of depressies. 



Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Lien

Nog vragen?
Laat maar weten!
Nu
Later of online
Het kan ook bij de decaan of bij de zorgcoördinator of bij je huisarts maar blijf niet rondlopen met vragen over dit onderwerp!!!

Slide 20 - Diapositive

Huiswerk 
Lezen: thema 8 paragraaf 6
Maken:
8.3 opd. 1-7
8.4. Opd. 1-6
8.5. opd. 1-8

Slide 21 - Diapositive