Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
H3: W.09 herhalen bijvoeglijk naamwoord
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Distanzunterricht 2021
Herzlich Willkommen!
Camera aan en microfoon gedempt! :)
1 / 23
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Cette leçon contient
23 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
40 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Distanzunterricht 2021
Herzlich Willkommen!
Camera aan en microfoon gedempt! :)
Slide 1 - Diapositive
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Wisst ihr es noch? Kurzes Quiz.
Übungen 9.1, 10.1, 10.4a,b besprechen.
Grammatik Merkblatt anschauen.
Übungen zusammen machen.
Während der Unterrichtsstunde:
Slide 2 - Diapositive
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Unterrichtsziele:
Je kunt in een Duitse zin bepalen welke naamval ontbreekt.
Je kunt de juiste naamval en bijvoeglijk naamwoord invullen in een zin.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Kreuze an was richtig ist:
timer
0:25
A
der liebe Mann
B
der lieben Mann
C
der liebes Mann
Slide 5 - Quiz
Kreuze an was richtig ist:
timer
0:25
A
die schönes Zeitschrift
B
der schönes Zeitschrift
C
die schöne Zeitschrift
Slide 6 - Quiz
Kreuze an was richtig ist:
timer
0:25
A
dem großen Gebäude
B
dem große Gebäude
C
dem großes Gebäude
Slide 7 - Quiz
Kreuze an was richtig ist:
timer
0:25
A
die ganzen Klasse
B
die ganze Klasse
C
die ganzer Klasse
Slide 8 - Quiz
Kreuze an was richtig ist:
timer
0:25
A
von solche dumme Leuten
B
von solcher dummen Leuten
C
von solchen dummen Leuten
Slide 9 - Quiz
Übungen 10.4c Seite 105 im AB
Streep de foute vorm van het bijvoeglijk naamwoord weg.
Maak gebruik van het '
Merkblatt naamvallen
'
Tip: let op
voorzetsels
in de zin.
Slide 10 - Diapositive
Lektion 3.3: Übungen 1, 4, 6 und 7
Übung 4
Hörtext hören (Sport)
Erst hören wir die Texte zusammen an.
Danach 10 Minuten selbst arbeiten.
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Wanneer gebruik je het voorzetsel am?
A
tijdstip
B
seizoenen en maanden
C
dagdelen dag van de week datum
Slide 13 - Quiz
Wanneer gebruik je het voorzetsel um?
A
tijdstip
B
dagdelen dag van de week datum
C
tijdsduur
Slide 14 - Quiz
Wanneer gebruik je het voorzetsel von...bis?
A
tijdsduur
B
dagdelen dag van de week datum
C
tijdstip
D
maanden en seizoenen
Slide 15 - Quiz
H3 - Landeskunde
Mache Aufgabe 17.1 S. 77.
Lies den Text selbstständig durch. Beantworte danach die Fragen.
Ihr braucht diese Aufgabe für die Prüfung.
Ihr habt 10 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
10:00
TIP:
Hast du H4 und H5 auf S. 126 schon erledigt?
Du kannst es bei mir kontrollieren lassen.
Slide 16 - Diapositive
A3 - Landeskunde
Mache Aufgabe 17.1 S. 89.
Lies den Text selbstständig durch. Beantworte danach die Fragen.
Ihr braucht diese Aufgabe für die Prüfung.
Ihr habt 10 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
10:00
TIP:
Hast du W2 und W5 schon erledigt?
Du kannst es bei mir kontrollieren lassen.
Slide 17 - Diapositive
H3 - Wiederholung K. 11
Mache Aufgabe
17.4
und
17.5
auf S. 80.
17.5
macht ihr alleine. Schreibe bitte die Fragen und Antworten in deinem Heft.
Ihr habt 10 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
10:00
TIP:
mach danach Aufgabe 17.6 auf S. 81.
Du kannst es bei mir kontrollieren lassen.
Slide 18 - Diapositive
H3 - Schreibecke
Mache Aufgabe
16.1
und
16.2
auf S. 75-76.
16.2
macht ihr in Word. Reich deinen Brief auf It's Learning ein.
Ihr habt 15 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
15:00
TIP:
Slide 19 - Diapositive
Tschüs-Ticket!
De drie leerdoelen van vandaag.
Al gehaald tijdens les?
Nee, wat moet je thuis nog doen of ze wel te halen?
Slide 20 - Diapositive
Je kent de regels van de (keuze)voorzetsels en kan dit in een lopende zin in het Duits toepassen.
A
Ja, weiß ich!
B
Nein, noch nicht.
C
Total nicht, ich muss hart arbeiten!
Slide 21 - Quiz
Je kent het persoonlijk voornaamwoord in het Duits en kunt dit in een lopende zin in het Duits toepassen.
A
Ja, weiß ich!
B
Nein, noch nicht.
C
Total nicht, ich muss hart arbeiten!
Slide 22 - Quiz
Je hebt kennis of land en cultuur en kunt hier vragen over beantwoorden.
A
Ja, weiß ich!
B
Nein, noch nicht.
C
Total nicht, ich muss hart arbeiten!
Slide 23 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
H3: W.07:
Février 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
H3: W.09 herhalen bijvoeglijk naamwoord
Mars 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
V2: W.06: L. 3.3 Sprechen
Février 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H2: W.09: §3.4 afronden
Mars 2021
- Leçon avec
13 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
V2: W.06: L. 3.3 Sprechen
Février 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H2: W.07: §3.4 3e naamval uitleg
Février 2021
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H/V2: W.04 Sportnachrichten hören
Septembre 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
V2: W.09: §3.5 weiter
Mars 2021
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2