Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
V2: W.06: L. 3.3 Sprechen
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Distanzunterricht 2021
Herzlich Willkommen!
Camera aan en microfoon gedempt! :)
1 / 18
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
18 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
40 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Distanzunterricht 2021
Herzlich Willkommen!
Camera aan en microfoon gedempt! :)
Slide 1 - Diapositive
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Wörterliste 3.1, 3.2, 3.3 nachprüfen.
Planner durchnehmen.
Lektion 3.3 anfangen und Übungen machen.
Während der Unterrichtsstunde:
Slide 2 - Diapositive
Heute
Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
Herhaling voorzetsels 3e naamval
Unterrichtsziele:
Je kunt verschillende sporten in het Duits benoemen en deze woorden toepassen in zinnetjes.
Je kunt aangeven of iets juist of onjuist is volgens een tekst over sport.
Slide 3 - Diapositive
Lektion 3.3: Übungen 1, 4, 6 und 7
Übung 1
Wiederholen der Wörter
am, im, um, von... bis
.
Erst machen wir 3 Sätze zusammen.
Danach 10 Minuten selbst arbeiten.
Slide 4 - Diapositive
Lektion 3.3: Übungen 1
Übung 1
... Montag sehen
meine Freundin oft einen Film.
Moet worden:
Am Montag sieht
meine Freundin oft einen Film.
2]
Am
Wochenende fahre
ich gern Fahrrad
.
3]
Um
fünf Uhr
isst
er nie Chips.
Slide 5 - Diapositive
Lektion 3.3: Übungen 1, 4, 6 und 7
Übung 4
Hörtext hören (Sport)
Erst hören wir die Texte zusammen an.
Danach 10 Minuten selbst arbeiten.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Wanneer gebruik je het voorzetsel am?
A
tijdstip
B
seizoenen en maanden
C
dagdelen dag van de week datum
Slide 8 - Quiz
Wanneer gebruik je het voorzetsel um?
A
tijdstip
B
dagdelen dag van de week datum
C
tijdsduur
Slide 9 - Quiz
Wanneer gebruik je het voorzetsel von...bis?
A
tijdsduur
B
dagdelen dag van de week datum
C
tijdstip
D
maanden en seizoenen
Slide 10 - Quiz
H3 - Landeskunde
Mache Aufgabe 17.1 S. 77.
Lies den Text selbstständig durch. Beantworte danach die Fragen.
Ihr braucht diese Aufgabe für die Prüfung.
Ihr habt 10 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
10:00
TIP:
Hast du H4 und H5 auf S. 126 schon erledigt?
Du kannst es bei mir kontrollieren lassen.
Slide 11 - Diapositive
A3 - Landeskunde
Mache Aufgabe 17.1 S. 89.
Lies den Text selbstständig durch. Beantworte danach die Fragen.
Ihr braucht diese Aufgabe für die Prüfung.
Ihr habt 10 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
10:00
TIP:
Hast du W2 und W5 schon erledigt?
Du kannst es bei mir kontrollieren lassen.
Slide 12 - Diapositive
H3 - Wiederholung K. 11
Mache Aufgabe
17.4
und
17.5
auf S. 80.
17.5
macht ihr alleine. Schreibe bitte die Fragen und Antworten in deinem Heft.
Ihr habt 10 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
10:00
TIP:
mach danach Aufgabe 17.6 auf S. 81.
Du kannst es bei mir kontrollieren lassen.
Slide 13 - Diapositive
H3 - Schreibecke
Mache Aufgabe
16.1
und
16.2
auf S. 75-76.
16.2
macht ihr in Word. Reich deinen Brief auf It's Learning ein.
Ihr habt 15 Minuten um die Aufgabe zu machen.
Danach kontrollieren wir sie.
timer
15:00
TIP:
Slide 14 - Diapositive
Tschüs-Ticket!
De drie leerdoelen van vandaag.
Al gehaald tijdens les?
Nee, wat moet je thuis nog doen of ze wel te halen?
Slide 15 - Diapositive
Je kent de regels van de (keuze)voorzetsels en kan dit in een lopende zin in het Duits toepassen.
A
Ja, weiß ich!
B
Nein, noch nicht.
C
Total nicht, ich muss hart arbeiten!
Slide 16 - Quiz
Je kent het persoonlijk voornaamwoord in het Duits en kunt dit in een lopende zin in het Duits toepassen.
A
Ja, weiß ich!
B
Nein, noch nicht.
C
Total nicht, ich muss hart arbeiten!
Slide 17 - Quiz
Je hebt kennis of land en cultuur en kunt hier vragen over beantwoorden.
A
Ja, weiß ich!
B
Nein, noch nicht.
C
Total nicht, ich muss hart arbeiten!
Slide 18 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
V2: W.06: L. 3.3 Sprechen
Février 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H3: W.09 herhalen bijvoeglijk naamwoord
Février 2021
- Leçon avec
23 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
H3: W.09 herhalen bijvoeglijk naamwoord
Mars 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
H2: W.09: §3.4 afronden
Mars 2021
- Leçon avec
13 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H3: W.07:
Février 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
V2: W.09: §3.5 weiter
Mars 2021
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H2: W.07: §3.4 3e naamval uitleg
Février 2021
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H/V2: W.04 Sportnachrichten hören
Septembre 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2