5.1 Liefde voor het vaderland

5.1 Liefde voor het vaderland
In deze les:
  • Het congres van Wenen
  • Nationalisme
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

5.1 Liefde voor het vaderland
In deze les:
  • Het congres van Wenen
  • Nationalisme

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Congres van Wenen (1815)
  • EU vorsten zijn bang v Frankrijk
  • Samen verslaan ze Napoleon (Waterloo, 1815)
  • Congres van wenen > hoe nu verder?
  • Terugdraaien Franse revolutie
    - Er komen weer koningen aan de macht
    -nieuwe landen (om FR te bedwingen)
    -Afspraken tégen revoluties

    afspraken congres = de restauratie

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Europa onder Napoleon
vóór 1815
Ná 1815

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nationalisme
  • Nieuwe landen (staten) met verschillende volken (natie)
  • Hoe zorg je voor eenheid?
    -Hoe wordt de Natie en de Staat één?
  • Mét Nationalisme

Wat maakt een Nederlander, een Nederlander?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nationalisme
Landen willen eenheid binnen de grenzen
Dus overeenkomsten ipv. verschillen, denk aan:
  • Etniciteit
  • Taal
  • Geschiedenis
  • Koning
  • Traditie
  • Cultuur
  • Religie

Én het gevoel dat wij beter zijn dan zij
Door bijvoorbeeld: Verheerlijking van het leger: militairisme

Ieder volk hoort een eigen staat te krijgen


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

+ vandaag de dag
Catelonië > SP/FR
Kurdistan: Turkije/ Armenië/ Syrië/ Iran/ Irak

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat was géén oorzaak van de industriële revolutie?
A
goedkope grondstoffen zoals katoen, steenkool en ijzererts
B
verbeteringen in de landbouw
C
de opkomst van vakbonden
D
de toename van de bevolking

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In 1848 kreeg Nederland een grondwet, wie schreef die?
A
Adam Smith
B
Maximilien de Robespierre
C
John Steward Mill
D
Johan Rudolf Thorbecke

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom kwam België in opstand tegen Willem I?
A
Ze waren net als de Fransen van mening dat de koning te veel macht had
B
Ze vonden dat ze tot een ander volk behoorden dan de Nederlanders
C
De Belgen werden onderdukt door koning Willem I
D
België was altijd een onafhankelijk land geweest, daar wilde ze teurg naartoe

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het socialisme kent twee stromingen, het marxisme en de sociaaldemocratie.
Op wat voor manier wilde de marxisten aan de macht komen?
A
Ze gingen zich organiseren in politieke partijen
B
Ze waren van plan om koning Willem I af te zetten
C
Via een revolutie zouden de arbeiders de macht afpakken van de liberalen
D
Door massaal in opstand te komen konden ze druk uit oefenen op de fabrieksbazen

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Tijdens het congres van Wenen (1815) werden een hoop zaken uit de Franse revolutie ongedaan gemaakt. Wat werd er niet besloten in het congres?
A
Ieder volk kreeg zijn eigen gebied
B
Koningen kwamen terug aan de macht
C
Er kwamen een hoop nieuwe landen bij
D
Vorsten spraken af om gezamelijk revoluties tegen te werken

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Memo Max Online §5.0: Opdracht 3 <-- oriëntatie
                                     §5.1: Opdracht 3, 4, 5, 9, 10, 11 en 12


+ Zorg dat je de isme's begrijpt
liberalisme
socialisme (verschil marxisime en sociaaldemocratie)
nationalisme + militairisme

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions