C.3 Watermanagement

Watermanagement
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Watermanagement

Slide 1 - Diapositive

Wat vind je lastig van C.3?

Slide 2 - Carte mentale

Par. 2: Water in beweging
Deze les:
  • Wat vind je lastig van C.3?
  • Herhaling paragraaf C.2
  • Uitleg: Paragraaf C.3:
      - Watermanagment
      - Waterprojecten in Libie
      - Verzilting door stuwdammen
     - Gevolg zeespiegelstijging Nijldelta
  • Nakijken examentraining
  • Werken

Slide 3 - Diapositive

De bevolkingsdichtheid langs de Nijl is laag.
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quiz

Door de bouw van de Aswandam vindt er stroomopwaarts minder sedimentatie plaats.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quiz

Door de bouw van de Aswandam is de Eufraat stroomafwaarts beter bevaarbaar.
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quiz

Watermanagement (waterbeheer) = Het omgaan met de kwantiteit en de kwaliteit van water in een gebied.
  • Kwantiteit: hoeveelheid

 

  • Kwaliteit: Schoon of vervuild? Hoe staat het met de waterzuivering? 

Zuinig omspringen met water
Hoe krijg je meer water?

Slide 7 - Diapositive

Grote door Mensen Gemaakte Rivier

Slide 8 - Diapositive

Verzilting
2 oorzaken verzilting Midden-Oosten

Slide 9 - Diapositive

Problemen in de Nijldelta

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

1p 31 Arie, Marloes en Niek bespreken met elkaar de gevolgen van de aanleg van de Aswandam voor het gebied stroomafwaarts.
Arie zegt: “Stroomafwaarts van de Aswandam nam het aantal overstromingen toe, waardoor het land langs de oevers vruchtbaarder werd.”
Marloes zegt: “Stroomafwaarts van de Aswandam werd de waterafvoer gelijkmatiger, waardoor het land langs de oevers vruchtbaar bleef.”
Niek zegt: “Stroomafwaarts van de Aswandam nam het aantal overstromingen af, waardoor het land langs de oevers minder vruchtbaar werd.”
Wat is juist?
A
A Alleen de uitspraak van Arie is juist.
B
B Alleen de uitspraak van Marloes is juist.
C
C Alleen de uitspraak van Niek is juist.
D
D Alle drie de uitspraken zijn onjuist.

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Par. 2: Water in beweging
Nu doen:
  • Uitleg vragen
  • nakijken opg C.2 
  • par. C.3 examentraining maken
  • Examentraining overige vragen maken
  • par. C.3 opdr. 1c, 4e, 5a, 5d en 6.

Huiswerk:
  • Afmaken wat niet af is.
  • Leer par. 1.1 t/m 1.5, 2.1 t/m 2.4, 3.1 t/m 3.5 en C.1 t/m C.3

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive