B1K1 - leereenheid 3.1, 3.2 en 3.3

Leereenheid 3 Doelstellingen
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
Sport en bewegenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Leereenheid 3 Doelstellingen

Slide 1 - Diapositive

Planning periode 3

Slide 2 - Diapositive

Deze les:

Leereenheid 3.1
Met je les of training wil je iets bereiken. Je hebt een bepaald doel voor ogen dat je graag wil realiseren. Een dergelijk doel wordt ook wel een doelstelling genoemd.

Slide 3 - Diapositive

Casus: Simone geeft al vier jaar les bij turnvereniging Kunst en Lenigheid. Ze geeft les aan een groep kinderen van zes tot en met acht jaar (jeugd turnen). Aan de voorbereiding doet ze niet veel meer. Een doelstelling voor haar training formuleren vindt ze maar onzin. Ze weet echt wel welke richting het uit moet met die kinderen. Jeugdcoördinator Victoria is het hier niet meer eens. Zij vindt dat je voor elke training SMART-doelen moet hebben, ook al geef je 25 jaar training. Haar standpunt is: zonder doelstelling geen goede training. Simone vindt dit sterk overdreven. 

Slide 4 - Diapositive

Wat vind je ervan dat Simone na vier jaar geen
doelstellingen meer voor haar training formuleert?

Slide 5 - Carte mentale

Wat zijn SMART geformuleerde doelen?
A
Een doel dat subjectief, moeilijk, acuut, restrictief en langdurig is.
B
Een doel dat simpel, makkelijk, abstract, willekeurig en tijdrovend is.
C
Een doel dat specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden is.
D
Een doel dat spontaan, matig, actueel, ruimdenkend en toekomstgericht is.

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Diapositive

Wat zal de doelstelling van deze training kunnen zijn?

Slide 8 - Carte mentale

Wat je wilt bereiken is verandering van het gedrag van SB-deelnemers. Dit heet gedragsverandering. Je wilt bestaand gedrag veranderen in nieuw, verbeterd gedrag

Om te kunnen controleren of je inderdaad de gewenste gedragsverandering bereikt hebt, moet je twee dingen kunnen benoemen:

  • het begingedrag van de SB-deelnemer
  • het eindgedrag van de SB-deelnemer.

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld:
Bij een groepje kinderen dat nog niet zo lang lid is van de turnvereniging, is het begingedrag van het koprollen als volgt te beschrijven: De kinderen maken een koprol, waarbij ze nog slecht rollen en met de onderrug op de grond terechtkomen. De lesgever stelt zich voor de eerste les het volgende doel (eindgedrag): De meeste kinderen kunnen op een schuin vlak een vloeiende rol met een ronde rug maken.

Slide 10 - Diapositive

Evaluatie
Organisatie
Doelstelling
Bewegingsvormen
Les/ training
Didactische
werkvormen
Beginsituatie
Lesopbouw

Slide 11 - Question de remorquage

Slide 12 - Diapositive

Wat is het verband tussen de beginsituatie, doelstelling en de evaluatie?

Slide 13 - Question ouverte

Doelstelling op basis van gedragsaspecten:

  • Motorische doelstelling
Bewegingsvaardigheid
Bewegingseigenschappen

  • Cognitieve doelstelling
  • Sociaal-affectieve doelstelling

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Op welke gedragsaspect heeft de doelstelling van dit filmpje betrekking?

Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Diapositive

Op welke gedragsaspect heeft de doelstelling van dit filmpje betrekking?

Slide 18 - Question ouverte

Slide 19 - Diapositive

Wat zal de doelstelling van deze training kunnen zijn?

Slide 20 - Carte mentale

Doelstelling naar termijn:

  • Lange termijn
  • Middellange termijn
  • Kortetermijndoelstelling
- Lesdoel
- Lesdeeldoel
- Oefendoel

Slide 21 - Diapositive

Werken aan je lesvoorbereiding

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive