EHBO les 2

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
VerzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Flauwte
Wat kunnen oorzaken zijn?

Slide 4 - Question ouverte

Flauwte
Wat zien we; (welke verschijnselen)
Iemand ziet bleek of vaal. Ook geeuwt hij vaak en zweet hij veel. Het slachtoffer voelt zich licht in het hoofd en heeft mogelijk last van oorsuizen. Hij voelt zich slap, misselijk en ziet zwarte vlekken voor zijn ogen.aa Na enige tijd reageert hij nauwelijks wanneer je hem aanspreekt. Soms reageert het slachtoffer helemaal niet meer. Hij heeft dan een wegraking.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Probeer in een zin te beschrijven
"wat is bewusteloosheid".

Slide 16 - Question ouverte

AVPU score
Alert:          Spontane, alerte reactie en                  geopende ogen
Verbal respons: Reageert op aanspreken
Pain respons:   Reageert op pijnprikkel
Unresponsive:   Reageert niet op prikkels

Slide 17 - Diapositive

Als iemand bij bewustzijn is en verward reageert welke score hebben we dan?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe kan je een pijnprikkel geven?


Druk met een pen op het nagelbed of met de vingers op de bovenrand van de oogkas.

Slide 19 - Diapositive

Hoe leg je een zwangere vrouw (30 wk zwanger) die bewusteloos is?


Bij voorkeur stabiel op haar linker zijde.

Slide 20 - Diapositive

Er is een bewusteloos slachtoffer dat op zijn/haar rug ligt, het slachtoffer heeft ook een gebroken been, wat doe je?
A
Niets, het slachtoffer mag niet bewegen,
B
Zorgen dat de luchtweg vrij blijft door middel van kinlift/jawthrust
C
Slachtoffer stabiel leggen zoals bij elke bewusteloos slachtoffer
D
Slachtoffer stabiel leggen op de zij van het gebroken been

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Epilepsie
Wat zien we; (welke verschijnselen)
Bij epilepsie is sprake van een verstoring van de elektrische activiteit in de hersenen, een soort kortsluiting. De storing kan beperkt blijven tot een bepaald gebied of zich door de gehele hersenen uitbreiden. De aanvallen kunnen klein zijn en nauwelijks opvallen.

Slide 23 - Diapositive

Epilepsie
Wat zien we; (welke verschijnselen)
Bij een ernstige aanval valt het slachtoffer op de grond, hij verstijft en vertoont hevige schokbewegingen. Soms laat hij ook zijn urine en/of ontlasting lopen. Een aanval kan het gevolg zijn van een beroerte, hersenletsel of tumor. Meestal is de oorzaak echter onbekend.

Slide 24 - Diapositive

Uitlokkende factoren bij epilepsie zijn:
- Overmatig alcohol gebruik
- Bepaalde vormen van drugs
- Slaap tekort
- De periode voor of na spanning / emotie / stress
- Periode voor of tijdens de menstruatie (hormonale      veranderingen)
- Lichtflitsen (3-5% bij mensen met epilepsie)
- Temperatuurswisselingen zoals bij koorts
- Het niet innemen van de medicatie

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Hersenvliesontsteking 
Wat zien we; (welke verschijnselen)
Direct ernstig ziek, hoge koorts, braken en niet willen drinken. Grauwe gelaatskleur, hoofdpijn en gevoelig voor licht (lichtschuw). Als het slachtoffer een been optilt heeft hij pijn. Het lukt niet om zonder pijn zijn kin op de borst te leggen. Het hoofd kan wel heen en weer worden bewogen. Kleine kinderen kunnen klagelijk of schril huilen. Bij het verwisselen van de luier kunnen ze pijn hebben.

Slide 27 - Diapositive

Hersenvliesontsteking
Wat zien we; (welke verschijnselen)
Het slachtoffer wordt steeds suffer en raakt uiteindelijk bewusteloos met mogelijk koortsstuipen. Op de huid van het slachtoffer kun je kleine puntvormige rode vlekjes (puntbloedinkjes) zien, die je niet kan wegdrukken

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Flauwte
Wanneer bellen we 1-1-2?
1. Als de persoon na 2 minuten niet bijkomt
2. Bij personen beneden de 6 jaar en boven de 40
3. Als tijdens sport iemand het bewustzijn verliest
4. Bij personen met pijn op de borst of hartkloppingen
5. Bij personen die hevige buik- en rugpijn hebben

Slide 30 - Diapositive

Diabetes
Wat zien we; (welke verschijnselen)?
Hypo: Hoofdpijn, misselijkheid, vermoeidheid, wisselend humeur, zweten, hongera, beven, bleekheid, duizeligheid en slecht zien. 

Hyper: Dorst, vaak plassen, vermoeidheid, droge tong en slaperig.

Slide 31 - Diapositive

Beroerte
Wat zien we; (welke verschijnselen)?
Iemand komt verward over. Je kunt het slachtoffer moeilijk verstaan of plotseling begrijpt hij niet meer wat je zegt. Ook kan het slachtoffer moeite hebben om de juiste woorden te vinden. Daarnaast kan hij moeite hebben om goed te zien met een of beide ogen. Het slachtoffer kan een scheef gezicht hebben. 

Slide 32 - Diapositive

Beroerte
Wat zien we; (welke verschijnselen)?
Het slachtoffer kan niet beide armen omhoog houden. Een arm zakt steeds weg of komt nauwelijks omhoog. Ook kan er uitval zijn in de benen. Mogelijk heeft het slachtoffer ook hoofdpijn, is hij duizelig of heeft hij last van evenwichtsstoornissen. Hij kan tenslotte bewusteloos raken.

Slide 33 - Diapositive