Thema 8 les 6b

• Taal
• Basisschool
• Groep 4

Thema 8 les 6b

Het doel van deze les:

Welk  woord hoort waarbij?

Betalen

Goederen die worden bewaard om te verkopen

Een lage kast in de winkel waar je betaalt.

Spullen die je gaat verkopen

Bezorgen

Bestellen

in ontvangt nemen

Kijken

Wie doet wat? Schuif twee woorden naar elk plaatje.

Jagen 

Haar kammen

Aankleden

Vechten

Wie doet wat? Schuif twee woorden naar elk plaatje.

Brood bakken 

paard verzorgen

vegen

afwassen

Kijk goed naar de illustratie. Het groene doek ligt er..

1. Onderop
2. Tussenin
3. Bovenop

Kijk goed naar de illustratie. De kom staat er

1. Onderop
2. Tussenin
3. Bovenop

Kijk goed naar de illustratie. Het Het mes ligt er

1. Onderop
2. Tussenin
3. Bovenop

Kijk goed naar de illustratie. De grote mand staat..

1. Onderop
2. Tussenin
3. Bovenop

Zet het goede woord in de zin.
Mijn vader en ik volgen een mooie..

1. munten
2. reeds
3. fietsroute
4. biedt aan

Zet het goede woord in de zin.
we zijn .. halverwege als we stoppen

1. munten
2. reeds
3. fietsroute
4. biedt aan

Zet het goede woord in de zin.
Mijn vader.. mij een glas limonade ..

1. munten
2. reeds
3. fietsroute
4. biedt aan

Zet het goede woord in de zin.
Hij lacht hard als ik .. hoe hij fietst

1. munten
2. uitbeeld
3. fietsroute
4. biedt aan

Zet het goede woord in de zin.
Als we weggaan, betalen we met...

1. munten
2. uitbeeld
3. fietsroute
4. biedt aan

Stel je voor jij hebt een knecht, Wat zou je die laten doen?

Stel je voor jij hebt een hofdame, wat zou je haar laten doen?