Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
KERN les 37
KERN les 37
Hoe gebruik je persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden?
1 / 29
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Cette leçon contient
29 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
3 vidéos
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
KERN les 37
Hoe gebruik je persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden?
Slide 1 - Diapositive
Je leert hoe je persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden gebruikt
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Vidéo
Slide 5 - Vidéo
Woorden les 37
angstaanjagend: iets dat heel eng is
de identiteitskaart: kaart die je binnen Europa kunt gebruiken in plaats van een paspoort
de samenleving: mensen die samen in een land wonen
een luisterend oor bieden: iemand steunen met aandacht
een bestaan opbouwen: je leven invullen op het gebied van wonen, werk/school en relaties
nationaal: van alle inwoners van een bepaald land
Maak opdracht 10, blz. 79
Slide 6 - Diapositive
angstaanjagend
de identiteitskaart
nationaal
Slide 7 - Question de remorquage
Die ogen van ....
A
jou
B
jouw
Slide 8 - Quiz
Dit zijn ........ ogen
A
jou
B
jouw
Slide 9 - Quiz
Deze tas is van ........
A
jou
B
jouw
Slide 10 - Quiz
Dat is ......... tas
A
jou
B
jouw
Slide 11 - Quiz
Een persoonlijk / bezittelijk voornaamwoord geeft aan dat iets het bezit is van iemand of iets.
A
peroonlijk
B
bezittelijk
Slide 12 - Quiz
‘Ik’ is een persoonlijk / bezittelijk voornaamwoord.
A
persoonlijk
B
bezittelijk
Slide 13 - Quiz
‘Uw’ is een persoonlijk / bezittelijk voornaamwoord.
A
persoonlijk
B
bezittelijk
Slide 14 - Quiz
Hun moeder brengt hen naar mijn huis.
Wat is het persoonlijk voornaamwoord
A
Hun
B
hen
C
mijn
Slide 15 - Quiz
Hun moeder brengt hen naar mijn huis.
Welke zijn bezittelijk? (2)
A
Hun
B
hen
C
mijn
Slide 16 - Quiz
Zij zag hem op straat.
Zij en hem zijn:
A
persoonljk
B
bezittelijk
Slide 17 - Quiz
Hij heeft haar fiets geleend.
Hij is een:
A
persoonlijk voornaamwoord
B
bezittelijk voornaamwoord
Slide 18 - Quiz
Hij heeft haar fiets geleend.
Haar is een:
A
persoonlijk voornaamwoord
B
bezittelijk voornaamwoord
Slide 19 - Quiz
Ik geef een cadeau aan hen / hun.
Welke is juist?
A
hen
B
hun
Slide 20 - Quiz
Ik stuur hen / hun een kaartje.
Welke is juist?
A
hen
B
hun
Slide 21 - Quiz
Ik heb hen / hun uitgenodigd voor mijn verjaardag.
Welke is juist?
A
hen
B
hun
Slide 22 - Quiz
Maak opdracht 1, blz. 78
Slide 23 - Diapositive
nakijken
Slide 24 - Diapositive
Zelfstandig werken
Maak KERN les 37
blz. 78+79
Klaar? NUMO
Slide 25 - Diapositive
nakijken
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Ik weet het verschil tussen een persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 29 - Sondage
Plus de leçons comme celle-ci
onbewerkt persoonlijke bezittelijke voornaamwoorden
Novembre 2023
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
KERN les 37 persoonlijk en bezittelijke voornaamwoorden KGT2
Avril 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
K2 - Kern Les 37 - bezittelijk voornaamwoord
Janvier 2023
- Leçon avec
23 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
K2 - Kern Les 37 - persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Décembre 2023
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
2.1 Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
il y a 11 jours
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2,3
2.1 Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
il y a 11 jours
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2,3
Pers. + bez. vnw
Mars 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
2.1 Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Juin 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2,3