MAVO NASK 2 EXAMENTRAINING 4
1 / 29
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Slide 3 - Lien
+
+
2
Geef de reactievergelijking voor de volledige verbranding van alcohol (C2H6O)
CO2
3
C2H6O
3
2
2
O2
H2O
4
4
O2
CO
Slide 4 - Question de remorquage
+
Geef een kloppende reactievergelijking van de volgende reactie:
Aan het einde van de toets lever je ook je aantekeningen / uitwerking in
... H₂O₂
... O₂
... H₂O
2
1
2
3
4
3
Slide 5 - Question de remorquage
+
Geef een kloppende reactievergelijking van de volgende reactie:
Aan het einde van de toets lever je ook je aantekeningen / uitwerking in
... K
... O₂
... K₂O
4
1
2
3
5
Slide 6 - Question de remorquage
+
Geef een kloppende reactievergelijking van de volgende reactie:
Aan het einde van de toets lever je ook je aantekeningen / uitwerking in
... P₂O₃
... O₂
... P
4
1
2
3
5
Slide 7 - Question de remorquage
Stel, er wordt gevraagd naar een BINAS tabel, schrijf je dan ook het nummer van de tabel op bij je antwoord?
A
Ja natuurlijk!
B
Nee, ik ben zo'n knuppel die dat vergeet
Slide 8 - Quiz
Stel, er wordt gevraagd naar onderbouwing of uitleg van je antwoord, geef je die dan ook?
A
Ja natuurlijk!
B
Nee, ik ben zo'n knuppel die dat vergeet
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Zuur
Base
Neutraal
pH 7
pH 0
pH 14
Slide 13 - Question de remorquage
zuurst
zuur
neutraal
basisch
meest basisch
Water met pH = 7
zeep-oplossing met
pH = 10
tafelazijn met pH = 2,6
gootsteen-ontstopper met pH = 14
Maagsap met pH = 1,5
Slide 14 - Question de remorquage
Wat doet een indicator?
Slide 15 - Carte mentale
kleur bij pH van 5,2
broomthymolblauw
rodekoolsap
lakmoes
geel
rood
paars
blauw
groen
kleurloos
Slide 16 - Question de remorquage
Welk ion is kenmerkend voor een zuur?
A
Na+
B
H+
C
OH-
D
Cl-
Slide 17 - Quiz
Wanneer schrijf je de lading bij een ion?
Slide 18 - Question ouverte
BASE
ZUUR
Zuur of base? Sleep de formules naar het juiste vak.
Slide 19 - Question de remorquage
H
PO4
H2
Cl
NO3
SO4
H2O
O4
O3
Ac
Slide 20 - Question de remorquage
Welke neutrale stof ontstaat er als je zuur (H+) en base (OH-) laat reageren?
A
Azijnzuur
B
Zuurstof
C
Waterstof
D
Water
Slide 21 - Quiz
Molecuulformule
Triviale naam
Azijnzuur
Natronloog
Hydrooxide
Zoutzuur
Salpeterzuur
Carbonaat
Ammoniak
Zwavelzuur
HAc
NaOH
HCL
HNO3
OH
CO3
NH3
H2SO4
Slide 22 - Question de remorquage
Wat is neutraliseren?
Slide 23 - Carte mentale
Wat is een tribune-ion?
Slide 24 - Question ouverte
Slide 25 - Vidéo
Wat is de formule als je zoutzuur (HCl) neutraliseert met natronloog (NaOH)?
Slide 26 - Question ouverte
Slide 27 - Lien
1 mL komt overeen met 55 mg citroenzuur
Hoeveel zuur zit er in 7,4 mL oplossing?
Hoeveel zuur zit er in 7,4 mL oplossing?
Slide 28 - Question ouverte
Er wordt 25 mL keukenazijn afgemeten. Na het toevoegen van 19,4 mL NaOH slaat de vloeistof om naar roze door de indicator.
1 mL NaOH bevat 55 mg HAc.
Voldoet de azijn aan de warenwet?
1 mL NaOH bevat 55 mg HAc.
Voldoet de azijn aan de warenwet?
