Begeleiden in de groep

• Pedagogisch werk
• MBO
• Studiejaar 4

Begeleiden in de groep

Les 2 

Pedagogiek 

Caroline Willemse 

Hoe zitten jullie erbij?

😒🙁😐🙂😃

Programma

1. Je onderzoekt hoe je een veilige basis creëert voor het kind, zodat het zich kan ontwikkelen

2. Je verdiept je in de BPV Opdracht en onderzoekt wat er van jou verwacht wordt in deze opdracht.

Leerdoelen

Na deze les weet je:

- wat een veilig klimaat is

- hoe je een veilig klimaat nu in de praktijk brengt

- wat een kind in de basis nodig heeft om zich veilig te voelen

Wat weten we nog??

Wat is een groep?

Wat is de eerste soort groep waar een kind mee in aanraking komt

1. school
2. psz
3. KDV
4. gezin

Een veilige basis

Wat is een
veilig klimaat?

Een veilig pedagogisch klimaat is een voorwaarde om goed te kunnen ontwikkelen. Het zorgt ervoor dat kinderen zich prettig en veilig voelen op de opvang en in de groep.

Hoe zorg jij voor een veilig en positieve sfeer?

Wat kinderen nodig hebben in een groep 

Veiligheid en verbondenheid 

Erbij horen 

Voorspelbaarheid

structureren en grenzen stellen  

Activiteiten om de sfeer te bevorderen

• Liedjes
• Spelletjes
• Verhaaltjes
• Positief gedrag stimuleren tussen de kinderen

Opdracht 

• Een kind kan zich pas echt ontwikkelen als zijn drie basisbehoeften vervuld worden: relatie, competentie en autonomie. Zoek op in het boek naar informatie over deze drie competenties, wat houden deze competenties in?
• Wat betekent een professionele beroepshouding? 

Blz 116 t/m 119

Basisbehoeften van een kind

Een kind kan zich pas echt ontwikkelen als zijn drie basisbehoeften vervuld worden: relatie, competentie en autonomie. 

• Onder de basisbehoefte relatie wordt verstaan dat kinderen zich geaccepteerd weten, ze erbij horen, ze het gevoel hebben welkom te zijn, ze zich veilig voelen. 
• Onder de basisbehoefte competentie wordt verstaan dat  kinderen ontdekken dat ze de taken die ze moeten doen, aankunnen; dat ze ontdekken dat ze steeds meer aankunnen. 
• Onder de basisbehoefte autonomie wordt verstaan dat ze weten dat ze (in elk geval voor een deel) hun gedrag zelf kunnen sturen.

Deze drie basisbehoeften samen bepalen het pedagogisch klimaat. Voor de pedagogisch werker  is het belangrijk om zijn gedrag af te stemmen op deze basisbehoeften. Op die manier wordt een omgeving vormgegeven waarin kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen 

Wat is een professionele beroepshouding 

• Een professional is iemand die een beroep uitoefent. Het begrip wordt vooral gebruikt om het verschil aan te geven tussen iemand die voor een bepaald beroep heeft geleerd en zich daarmee onderscheidt van een ander (de leek).
  
• Het werken met kinderen vraagt een bepaalde beroepshouding. Een beroepshouding omvat de eigenschappen en het gedrag waarover iemand in zijn beroep dient te beschikken om zijn beroep goed uit te oefenen..

Vaardigheden voor je professionele houding

• omgeving in de groep veilig houden
• Structuur en houvast bieden
• Regels en afspraken maken en nakomen
• Zelfredzaamheid stimuleren

Deze vaardigheden leveren een bijdrage aan je pedagogisch klimaat  

Maken theorie vragen behorend bij Thieme Meulenhoff

(3.8. een veilige basis)

Huiswerk

Doornemen theorie:

afmaken vragen