Grammatica A - La Voix Passive

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

 Lijdende vorm: Grammatica A

 La Voix Passive

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je de lijdende vorm (voix passive) toepassen in zinnen en begrijpen hoe deze wordt gevormd in het Frans.

Wat weet je al over de lijdende vorm?

Wat is de lijdende vorm?

De lijdende vorm wordt gebruikt wanneer de focus ligt op het onderwerp dat de actie ondergaat, in plaats van degene die de actie uitvoert.

Vorming van de lijdende vorm 

In het Frans wordt de lijdende vorm gevormd met de hulpwerkwoorden 'être' , gevolgd door het voltooid deelwoord van het werkwoord (+par).

Voorbeeldzinnen

Voorbeeld: 

Au présent: 'De maaltijd wordt door de kok klaargemaakt.' - 'Le repas est préparé par le chef-cuisinier.' Hier is 'préparé' het voltooid deelwoord van 'préparer' (klaarmaken).

Au passé composé: Le repas a été préparé par le chef-cuisinier'.

Au futur: Le repas sera préparé par le chef-cuisinier.'

Oefeningen

Laten we nu oefenen.

Cette phrase est à la voix passive?
'Le garçon est allé au marché.'

1. vrai
2. faux

Cette phrase est à la voix passive?
'La petite fille a été consolée par sa mère.'

1. vrai
2. faux

Zet deze zin in de voix passive"
'Les parents donnent l'argent aux enfants.'

Zet in de voix passive:
'Elle fait la robe pour sa mère.'

Zet in de voix active:
Mon salaire est payé le 28 de chaque mois par mon patron.

Zet in de voix active:
La voiture a été conduite par Jean.

Zet in de voix active:
Mon argent de poche sera versé sur mon compte bancaire par mes parents.

Maak de opdrachten in je boek

Grandes Lignes 

chapitre 4 - grammaire A

Exercices 9 - 11 

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.