Hoofdstuk 1; par 1.4 afronden

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 1; par 1.4 afronden

(normale) afspraken in de klas

1.Je volgt de instructies op en je houd je aan de schoolregels.

2.We gaan met respect met elkaar en elkaars spullen om.

3.Naar de uitleg wordt geluisterd.

4.Je hebt je schoolmaterialen en huiswerk bij je (2 kansen).

5.Heb je commentaar, doe dit na school.

 

Hou je je niet aan de afspraken?

-1e keer een waarschuwing. 

-2e keer, strafwerk. Dit strafwerk wordt in somtoday gehangen.

-strafwerk vergeten? Volgende keer dubbel en mail naar ouders.

-Nogmaals vergeten? Op donderdag nakomen zonder elektronica. 

Moet ik je meer dan 2 keer waarschuwen in een les, komt er meer strafwerk.

Inhoud les

-huiswerkcheck

-lezen uitleg vaardigheden.

-aantekening vaardigheden

-opdrachten laptop (herhaling)

-nakijken 

-oefenen begrippen

Huiswerk Check

Maak je werkboeken open.

Het huiswerk was: 

(M) wb p16-17: vraag 6-10 

Lees zelf 

-pagina 109 'historische indelingen gebruiken.'

Aantekening 

(p109) Vaardigheid: historische indelingen gebruiken

Met een tijdbalk kan je historische gebeurtenissen op een rijtje zetten. 

Hierbij gebruiken we de christelijke jaartelling.

De geschiedenis kunnen we indelen met 5 perioden, 10 tijdvakken en 5 soorten samenlevingen.

Elk tijdvak heeft kenmerkende aspecten. (zie p102-103; informatieboek)

Opdrachten laptop (herhaling)

Het rood omcirkelde is de....

1. Nijldelta
2. nijldal

Het rood omcirkelde is het....

1. Nijldelta
2. nijldal

Het rood omcirkelde is ....

1. beneden egypte
2. boven egypte

Dit is de Nijl...

1. voor de overstroming
2. tijdens de overstroming

Welke zin is de oorzaak?
a: Elk jaar overstroomde de Nijl
b: De grond in het Nijldal was vruchtbaar

1. A
2. B

Wat is een voorbeeld van veeteelt?

1. Een os trekt een ploeg
2. Een boer zaait zijn akker

Wanneer ontstond in Egypte een landbouwsamenleving?

1. 4400 v.c
2. 5500 v.c

A: Boeren produceren meer voedsel dan ze zelf nodig hebben.
B: Een deel van de bevolking ging ambachten beoefenen

1. Feit A is een oorzaak van feit B
2. Feit A is een gevolg van feit B

A: Er ontstonden steeds meer beroepen
B: Sommige ambachtslieden richtten zich op bepaalde vaardigheden

1. Feit A is een oorzaak van feit B
2. Feit A is een gevolg van feit B

Wat is een markt?

1. plaats waar mensen handelen
2. plaats waar mensen wonen

Wanneer ontstond de landbouwstedelijke samenleving in Egypte?

1. 3000 v.C
2. 2000 v.C

In een landbouwstedelijke samenleving leeft ........ dan de helft van de bevolking als boer op het land.

1. minder
2. meer

feit A: De bevolking groeide
feit B: er ontstonden steden

1. A is een gevolg van B
2. A is een oorzaak van B

feit A: het ging goed met de landbouw, ambachten en handel.
feit B: er ontstonden steden

1. A is een gevolg van B
2. A is een oorzaak van B

Welke uitspraak is juist?

1. Boeren kregen belasting
2. Een staat is een gebied met een bestuur

Welke uitspraak is juist?

1. De farao was een onderdaan van het volk
2. Een vorst is een leider die een gebied regeert.

De prehistorie is een periode waar we geen ...... bronnen van hebben.

1. geschreven
2. ongeschreven

Nakijken huiswerk.

wb p15 vr 1a

wb p15 vr 1b

wb p15 vr 2, 3

wb p16 vr 4a, 5, 6

4a = c

3 meer

4 wel

wb p16-17 vr7-10

Huiswerk noteren in agenda

(leren) par 1.1 + 1.2; leerteksten, begrippen (p20), opdrachten wb p7-12, aantekeningen

EINDE LES

extra info;

/