Paragraaf 2 - De grote Oost-Japanse ramp

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Welkom!

Vandaag

- Herhalen plaatbewegingen die vulkanen en aardbevingen veroorzaken

- Uitleg H.4 paragraaf 2

Vulkanisme

Ontstaat bij 2 plaatbewegingen

1. convergentie (platen bewegen naar elkaar toe) --> subductie

--> vulkanen

2. divergentie (platen bewegen van elkaar af) 

--> midoceanische rug

De aardkorst verandert voortdurend!

Door natuurkrachten van twee kanten:

1. Van buitenaf door exogene krachten --> weer en plantengroei

2. Van binnenuit door endogene krachten

aardkern, aardmantel en aardkorst --> hoe dieper, hoe warmer --> door hitte ontstaan convectiestromen die breuken veroorzaken in de aardkorst

--> Vulkanen en aardbevingen

- Kraterpijp

- lavastroom

- magmakamer

- gaswolk

- krater

1. Magmakamer
2. kraterpijp\
3. krater
4. gaswolk
5. lavastroom 

Paragraaf 2 - De grote Oost-Japanse ramp

Leerdoelen

Jij weet hoe een tsunami ontstaat;

Jij weet waarom een tsunami pas gevaarlijk is als hij de kust bereikt;

Jij weet wat de gevolgen zijn van een tsunami;

Wat weet je al van een tsunami?

Zeebeving Japan, 2011 

Veroorzaakt door botsende aardplaten

Groen = Euraziatische plaat

Bruin = Noord-Amerikaanse plaat

Rood = Filipijnse plaat

Geel = Pacifische plaat

 

Zeebeving + tsunami

Zeebeving = een aardbeving in de zee

1. Botsende aardplaten zorgen voor een schok

2. Water wordt door de schok omhoog geduwd

3. Golven; op zee nog niet hoog

4. Bij de kust = ondiepe bodem

5. Water wordt afgeremd door bodem --> struikelt --> hoge golf

Tsunami

ZEEBEVING

TSUNAMI

Aan de slag!

Lezen: H4 paragraaf 2

               Basisboeknummers 106 (driehoekje, rondje), 107 en 109

Maken: H4 paragraaf 2 opgave 1, 2, 3, 4

Leren: 

- H4 paragraaf 1 + 2 begrippen

H4 paragraaf 2, les 2

Vorige keer;

- herhaling vulkanisme (endogene + exogene krachten)

- ontstaan van een tsunami

- Oost-Japanese ramp (filmpje)

Vandaag;

- Schaal van Richter

- Filmpje Japan 2011

Endogene krachten

Exogene krachten

Neerslag

Aardbeving

Overstroming

Lawine

Vulkaanuitbarsting

Gebergtevorming

Tornado

Orkaan

Een tsunami kan alleen ontstaan bij een langzaam oplopende kustlijn.

In welke van de drie afbeeldingen hiernaast kan een tsunami ontstaan?

Sleep het woord 'tsunami' naar de juiste afbeelding.

TSUNAMI

Aardbeving/zeebeving

Een aardbeving/zeebeving begint diep in de aardkorst --> hypocentrum

De plek daar recht boven aan het aardoppervlak --> epicentrum

Hier voel je de zwaarste schokken. 

Hoe meten we een aardbeving?

Trillingen in de aardkorst worden gemeten --> Schaal van Richter

Elk cijfer op de schaal is 10x zo zwaar als het vorige getal op de schaal. 

Zeebeving in Japan 2011 --> 9 op de Schaal van Richter!

https:

Kernramp Fukushima

Kernreactor uitgeschakeld --> koelen werkte niet meer --> ontploffingen --> veel straling vrij

Aan de slag!

Eventueel: hulp bij opgave 5 (rekenen met schaal)

Maken: H4 paragraaf 2 opgave 5 en 6

Leren: H4 paragraaf 1 en 2 (begrippen + B-nummers)

Straks nabespreken

Opgave 5

Rekenen met schaal

Het schaalgetal; 1 : 400.000.000

Van cm naar km = 5 stapjes = 5 nullen eraf!

Wat is er nodig voor het ontstaan van een tsunami?

1. Een diepe kustbodem
2. Een ondiepe kustbodem

Met welke schaal meten we de kracht van aardbevingen?

1. Schaal van Aardbevingen
2. Schaal van Beaufort
3. Schaal van Richter
4. Schaal van Rigter

1 : 400.000.000
1 cm is in werkelijkheid ... km

1. 40
2. 400
3. 4000
4. 40.000

Gesmolten gesteente binnen de aarde noemen we...

1. Lava
2. Magma

Waar in de aarde bewegen convectiestromen (magma)

1. Aardkorst
2. Binnenkern
3. Mantel
4. Buitenkern

Waarom is de kans op zo'n grote aardbeving in Nederland heel klein?

Zelfstandig lezen

Van paragraaf 4.2:

- B 106 Aardbeving

- B 107 Schaal van richter

- Superaardbeving

Ben je klaar met lezen? maak alvast opdracht 1 t/m 3