M3 par. 4 H9 Opgepakt en dan

H9. 4 opgepakt..... en dan?
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
maatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H9. 4 opgepakt..... en dan?

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Leerdoel
Je kan uitleggen wat de politie kan doen. 

Je kan uitleggen wat bureau Halt is.

Je kan uitleggen wat de officier van justitie doet.

Slide 3 - Diapositive



Waneer ben je verdachte?

Als de politie een redelijk vermoeden heeft dat je betrokken bent bij iets strafbaars.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is fouilleren?
Kleding en lichaam worden onderzocht  van de verdachte

Wat is arresteren?:
Je wordt meegenomen naar het politiebureau voor ondervraging.

Wat bedoelen ze met een huiszoeking?:
Je huis wordt onderzocht op zoek naar verdachte spullen 

Slide 6 - Diapositive



Wat is een proces verbaal?

Een politieverslag waarin staat geschreven waar je van wordt verdacht en hoe dit is gegaan.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Wat is de straf HALT?

- Voor jongeren tussen de 12-18.
- Je moet schuld bekennen.
- Taakstraf 
- Geen strafblad.


Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Diapositive

seponeren
offcier van justitie ziet af van vervolging
omdat er onvoldoende bewijs is
de verdachte al genoeg gestraft is

Slide 13 - Diapositive

veiligheid of vrijheid
Supporters die voor de wedstrijd worden vastgehouden

Soms bijzondere maatregelen om veiligheid andere burgers te garanderen.
Maar wat is belangrijker?

Slide 14 - Diapositive

Wat is criminaliteit? (Definitie)
A
Onfatsoenlijk gedrag
B
Overtredingen
C
Door de wet strafbaar gesteld gedrag
D
Misdrijven

Slide 15 - Quiz

Is criminaliteit een maatschappelijk probleem?
A
Ja, veel mensen hebben er iets mee te maken en er zijn veel meningen over. daarnaast bemoeit de politiek zich ermee.
B
Nee, Alleen voor daders, slachtoffers en de politie.
C
Ja, omdat het in elke samenleving voorkomt.
D
Nee, Er zijn veel belangrijkere problemen zoals armoede en milieuvervuiling.

Slide 16 - Quiz

Na een overval op onze school durft Klaas niet meer naar school. Dit is een voorbeeld van:
A
Immateriële gevolgen van criminaliteit
B
Materiele gevolgen van criminaliteit

Slide 17 - Quiz

Waar staat HALT voor?
A
Het andere Team
B
Het Andere leren
C
Het Alternatief
D
Is geen afkorting

Slide 18 - Quiz

wat is het voordeel van een HALT straf?
A
je krijgt geen straf
B
je ouders worden niet geïnformeerd
C
je hoeft geen schuld te bekennen
D
je krijgt geen strafblad

Slide 19 - Quiz

als een officier van justitie de zaak seponeert betekent dit dat hij
A
de zaak voor de rechter laat komen
B
een schikkings voorstel doet
C
de zaak niet vervolgt
D
een straf oplegt

Slide 20 - Quiz

Een verdachte
A
heeft altijd iets strafbaars gedaan
B
heeft geen rechten
C
wordt altijd veroordeeld
D
is misschien schuldig

Slide 21 - Quiz

wie of wat bepaalt wat de hoogte van een straf voor een misdrijf moet zijn?
A
de rechter
B
Officier van Justitie
C
de Tweede Kamer
D
wetboek van strafrecht

Slide 22 - Quiz

maakwerk
H9 paragraaf 4
opgepakt en dan...
 maken in je werkboek

Slide 23 - Diapositive