Les 1 hoofdstuk 4,3-4,4

paragraaf 4,3 en 4,4
Doel van de les: 
herhalen en oefenen van verbrandingsreacties - aantoningsreacties - basis rekenen met massaverhouding
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

paragraaf 4,3 en 4,4
Doel van de les: 
herhalen en oefenen van verbrandingsreacties - aantoningsreacties - basis rekenen met massaverhouding

Slide 1 - Diapositive

Bekijk het volgende filmpje
Tijdens het filmpje komen er een aantal vragen inbeeld. 
Beantwoord deze zo goed mogelijk. 

Slide 2 - Diapositive

4

Slide 3 - Vidéo

00:35
Welke producten ontstaan bij de volledige verbranding van CH4 (meerdere antwoorden mogelijk
A
CO
B
CO2
C
H2
D
H2O

Slide 4 - Quiz

01:00
In de rechter wasfles zit

daarmee kun je                                  aantonen

de kleur veranderd dan naar
plaats de 3 juiste woorden
wit kopersulfaat
kalkwater
troebel wit
joodwater
Kleurloos
geel
blauw
water
koostofdioxide
zwaveldioxide

Slide 5 - Question de remorquage

01:18
Welke producten ontstaan bij de onvolledige verbranding van CH4 (meerdere antwoorden mogelijk)
A
CO
B
CO2
C
H2
D
H2O

Slide 6 - Quiz

01:37
Wat is er met dit experiment bewezen?

Slide 7 - Question ouverte

bij de verbranding van zwavel ontstaat

dit kun je aantonen met

de kleur veranderd dan naar
plaats de 3 juiste woorden
wit kopersulfaat
kalkwater
troebel wit
joodwater
Kleurloos
geel
blauw
water
koostofdioxide
zwaveldioxide

Slide 8 - Question de remorquage

Slide 9 - Vidéo

Welke producten ontstaat bij de volledige verbranding van
C2H6
A
CO2
B
CO
C
CO2+H2O
D
C2O+H6O

Slide 10 - Quiz

Wat ontstaat er bij de volledige verbranding van
C4H4S

Slide 11 - Question ouverte

Koolstofdioxide --> koolstofmono-oxide + zuurstof

Deze reactie is een:
A
Volledige verbranding
B
Onvolledige verbranding
C
Geen verbranding
D
ontledings-reactie

Slide 12 - Quiz

Ethanol + zuurstof --> koolstofdioxide + roet + water

Deze reactie is een:
A
Volledige verbranding
B
Onvolledige verbranding
C
Geen verbranding

Slide 13 - Quiz

IJzer en zuurstof reageren in de verhouding 7:2. We verbranden 5,0 gram ijzer hoeveel gram zuurstof is nodig

Slide 14 - Question ouverte

Wat is je antwoord op vraag 8 uit paragraaf 4,4

Slide 15 - Question ouverte

Wat is je antwoord op vraag 9 van paragraaf 4.4

Slide 16 - Question ouverte

welke vraag heb je nog voor je docent?

Slide 17 - Question ouverte