3.3 - Het hart

Hart en bloedsomloop
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hart en bloedsomloop

Slide 1 - Diapositive

Bloedvaten bingo
Eerst even oefenen!

Slide 2 - Diapositive

Het hart

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

De hartboezems pompen het bloed naar de hartkamers. Vervolgens pompen de hartkamers het bloed door het lichaam.

De wanden van de hartkamers zijn dikker dan de wanden van de boezems. Leg uit waarom, aan de hand van de werking van het hart.

Slide 6 - Question ouverte

De hartboezems pompen het bloed naar de hartkamers. Vervolgens pompen de hartkamers het bloed door het lichaam.

Welk deel van het hart heeft de dikste, meest gespierde wand: de rechterkamer of de linkerkamer? Leg je antwoord uit.

Slide 7 - Question ouverte

Vergelijk de aorta met de longslagader.

De bloeddruk in de aorta is .......... de bloeddruk in de longslagader
A
gelijk aan
B
hoger dan
C
lager dan

Slide 8 - Quiz

Oefenen

Wil je nog oefenen met de onderdelen van het hart?

Slide 9 - Diapositive

3.4 - Uitscheiding
Leerdoel:
  • Je kunt de delen van de nieren en urinewegen noemen met hun kenmerken en functies.

Slide 10 - Diapositive

Waar vind je de nieren?
A
Nummer 9
B
Nummer 8
C
Nummer 7
D
Nummer 6

Slide 11 - Quiz

Nieren
Nierslagaders vervoeren zuurstofrijk bloed
van hart naar nieren. 

Dit bloed bevat ook de afvalstoffen van veel
andere organen.

De nieren halen deze afvalstoffen uit het
bloed. 
Door de nieraders stroomt het gezuiverde
bloed uit de nieren, terug naar het hart. 

Slide 12 - Diapositive

Nieren
Een nier bestaat uit:
  • Nierschors
  • Niermerg
  • Nierbekken

Slide 13 - Diapositive

Urine
Nierschors en niermerg verwijderen afvalstoffen, overtollig water en zouten en allerlei schadelijke stoffen uit het bloed. 

De verwijderde stoffen samen heten: urine.

In de nierbekkens wordt de urine verzameld. 
Via de urineleider gaat de urine naar de urineblaas. 
Via de urinebuis wordt de urine uit geplast. 

Slide 14 - Diapositive

Opdrachten maken
Huiswerk voor volgende week maandag:

3.4 -  Uitscheiding - opdracht 1 t/m 10
(Opdracht 1 t/m 3 heb je als het goed is al af!)

Slide 15 - Diapositive