Hart en nieren
1 / 16
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Kleine bloedsomloop
Grote bloedsomloop
alle organen
longen
zuurstofrijk- zuurstofarm
linkerharthelft- rechterharthelft
rechterharthelft- linkerharthelft
zuurstofarm-zuurstofrijk
Slide 4 - Question de remorquage
Vergelijk de aorta met de longslagader.
De bloeddruk in de aorta is .......... de bloeddruk in de longslagader
De bloeddruk in de aorta is .......... de bloeddruk in de longslagader
A
gelijk aan
B
hoger dan
C
lager dan
Slide 5 - Quiz
De hartboezems pompen het bloed naar de hartkamers. Vervolgens pompen de hartkamers het bloed door het lichaam.
Welk deel van het hart heeft de dikste, meest gespierde wand: de rechterkamer of de linkerkamer? Leg je antwoord uit.
Welk deel van het hart heeft de dikste, meest gespierde wand: de rechterkamer of de linkerkamer? Leg je antwoord uit.
Slide 6 - Question ouverte
Slide 7 - Diapositive
Waar vind je de nieren?
A
Nummer 9
B
Nummer 8
C
Nummer 7
D
Nummer 6
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
In welk deel van de nieren wordt het bloed gefilterd?
Slide 12 - Question ouverte
Welk deel van de urinewegen, vervoert de urine naar buiten?
A
blaas
B
nierbekken
C
urinebuis
D
urineleider
Slide 13 - Quiz
De nieren horen bij het bloedvatenstelsel, leg uit waarom.
Slide 14 - Question ouverte
Hoe kunnen nierstenen ontstaan?
