V&A H5 en verder H6-2

Vraag en aanbod
Verder met H5 en H6.
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vraag en aanbod
Verder met H5 en H6.

Slide 1 - Diapositive

Voorspelbaar gedrag?
De les is begonnen, als ik ben begonnen (programma op bord geschreven). 
Ben je later, haal een groene kaart.


Iedereen heeft materiaal mee, eigen device, dat werkt en opgeladen is.
(niet in orde: 'boeken vergeten' in Magister.)


Telefoon is opgeborgen, mag in de 'telefoontas'. Zie ik je mobiel wel? 
Zonder mopperen inleveren, einde van de lesdag van docent terug.
(Alles op je device mag, indien passend bij les)


Slide 2 - Diapositive



Leerdoelen
Na vandaag ken je de volgede begrippen en kan je ze toepassen:

- het verband tussen het loon en het arbeidsaanbod en de arbeidsvraag uitleggen. 
- de werking van het marktmechanisme op de arbeidsmarkt uitleggen.
- uitleggen wanneer de aanbodlijn en vraaglijn naar links/rechts verschuift.   
- de loonelasticiteit van het arbeidsaanbod en van de arbeidsvraag berekenen en kan verklaren hoe deze elasticiteiten verschillen. 
Spoorboekje

  • Leerdoelen H5 en door naar H6?
  • H5, vorige keer: collectieve vraag/aanbod met Pe en Qe
  • Samen vandaag: opgave 5.7
  • H6: Arbeidsmarkt
  • Loonelasticiteit aanbod/vraag

  • Leerdoelen check



Slide 3 - Diapositive

Planning lessen tot toetsweek
ma 20 mei, vandaag, vrijdag 24 mei (H4 verder (evt als je nog wat achter liep)
maandag 27 mei (H5 begin), vrijdag 31 mei (vrij, hemelvaart)
maandag 3 juni (H5 verder), vrijdag 7 juni (H5 af + afmaken achterstanden?) + herhaling H1 t/m H3)
maandag 10 juni (vrij, pinksteren), vrijdag 14 juni (herhaling + evt. GE)
maandag 17 juni (herhaling + evt. GE), vrijdag 21 juni (herhaling + evt. GE)
maandag 24 juni (laatste les voor toetsweek), vrijdag 28 juni toets (V&A compleet)

Slide 4 - Diapositive

Maken opgaven V&A H5/H6
opgave 5.7 (nog niet af? nu eerst die maken. Af? Learnbeat zelftest H1/H2/H3/H4/H5 ? of start H6)
timer
15:00

Slide 5 - Diapositive

Arbeidsmarkt

Slide 6 - Diapositive

Krappe arbeidsmarkt
Ruime arbeidsmarkt

Slide 7 - Diapositive

Welke situatie is voor jou gunstig als je klaar bent met studeren?
A
krappe arbeidsmarkt
B
ruime arbeidsmarkt

Slide 8 - Quiz

Waar komt het aanbod van arbeid vandaan?

A
arbeiders
B
arbeidsverdeling
C
beroepsbevolking
D
arbeidsmarkt

Slide 9 - Quiz

Arbeidsmarkt
Overleg in tweetallen 10 minuten over de volgende vragen:
1. Waaruit bestaat het aanbod van arbeid? En waaruit de vraag naar arbeid?
2. Wanneer is er sprake van een ruime arbeidsmarkt? En wanneer van een krappe arbeidsmarkt?
3. Verklaar of de loonelasticiteit van het arbeidsaanbod bij chirurgen op korte termijn groter of kleiner is dan die van taxichauffers?
4. Stel er is sprake van een krappe arbeidsmarkt. Leg de werking van het marktmechanisme dan uit. Tip: gebruik figuur 6.3.
5. Bespreek opdracht 6.8. 
timer
10:00

Slide 10 - Diapositive

Arbeid en loon                                                    
1. Waarom is Qa stijgend en Qv dalend?

2. Waar  is een krappe en waar een ruime arbeidsmarkt in het figuur?      
    
3.   Welke lijn verschuift waarheen als de inkomstenbelasting daalt. 
 
                                                        

Slide 11 - Diapositive

Loonelasticiteit van arbeidsaanbod
  % Δ arbeidsaanbod
       % Δ Y
(ceteris paribus)
1. Is deze elasticiteit positief of negatief?
2. Zal deze elasticiteit in het algemeen elastisch of inelastisch zijn? (verschilt ook wel per beroepsgroep). 
3. Is de loonelasticiteit van het arbeidsaanbod bij chirurgen op korte termijn groter of kleiner dan die bij taxichauffeurs? (opgave 6.5)

Slide 12 - Diapositive

Loonelasticiteit van de arbeidsvraag
% Δ arbeidsvraag
            % Δ Y
(ceteris paribus) 
1. Is deze elasticiteit positief of negatief? 
2. De loonelasticiteit van de arbeidsvraag hangt af van het feit of het bedrijf een kapitaalintensieve of arbeidsintensieve productie heeft.
Bij welk van de 2 soorten bedrijven is deze elasticiteit groter (afgezien van het teken)? 

Slide 13 - Diapositive

Leerdoelen: check?
Leerdoelen

Slide 14 - Diapositive