B6 Kringlopen

B6 Kringlopen
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

B6 Kringlopen

Slide 1 - Diapositive

Gemaakte opdrachten

Slide 2 - Diapositive

Wat zijn de twee hoofdoorzaken van de milieuproblemen?

Slide 3 - Question ouverte

Leerdoelen
  • Inzicht in koolstofkringloop
  • Inzicht in stikstofkringloop

Slide 4 - Diapositive

Kringloop

Slide 5 - Diapositive

Welke anorganische stof bevat koolstof?

Slide 6 - Question ouverte

Welke organische stof die koolstof bevat wordt gemaakt door de producenten?

Slide 7 - Question ouverte

Algemene kringloop
Koolstofkringloop

Slide 8 - Diapositive

Producenten
Fotosynthese = koolstofassimilatie

voortgezette assimilatie

dissimilatie (verbranding)

Slide 9 - Diapositive

Consumenten
voortgezette assimilatie

dissimilatie 

uitwerpselen

Slide 10 - Diapositive

Reducenten
voortgezette assimilatie

dissimilatie 


Slide 11 - Diapositive

Korte en lange kringloop
Kort = anorganisch - producent - consument - reducent
duurt max. paar honderd jaar
Geen effect op versterkt broeikaseffect!

Lang = fossiele brandstoffen
Miljoenen jaren oud
Zorgt bij verbranding voor versterkt broeikaseffect!

Slide 12 - Diapositive

Algemene kringloop
Stikstof kringloop

Slide 13 - Diapositive

Producenten
Nitraat (uit bodem) + glucose
->
aminozuren/eiwitten



N2 uit de lucht wordt bijna niet gebruikt!

Slide 14 - Diapositive

Consumenten
plantaardige eiwitten
->
dierlijke eiwitten




Slide 15 - Diapositive

Rottingsbacteriën
van consumenten: ureum (in urine) en afval (ontlasting of dood)

Van producenten: afval (dood)

ureum/aminozuren -> ammonium




Slide 16 - Diapositive

Nitrificatie
Ammonium + zuurstof
->
Nitriet
->
Nitraat

Slide 17 - Diapositive

Denitrificatie
In een zuurstofarme bodem gebruiken denitrificerende bacteriën de zuurstof uit nitraat. Hierbij ontstaat N2.

Slide 18 - Diapositive

Stikstofbinding
Sommige planten (vlinderbloemige) leven in symbiose met knolletjes bacteriën.
Deze bacteriën vormen nitraat mbv N2 uit de lucht.
De planten kunnen het nitraat gebruiken en leveren weer glucose.

Slide 19 - Diapositive

Op wat voor soort bodem leven vlinderbloemige planten?
A
Stikstofarme bodem
B
Stikstofrijke bodem

Slide 20 - Quiz

Aan de slag
Lezen B6
Maken opdr. 42 t/m 51 online!

Slide 21 - Diapositive