PRIDE MONTH

• Levensbeschouwing
• Basisschool
• Groep 6-8

LGBTQIA+ 

LESSON 

Inhoud van deze les:

1. bekende seksualiteiten

2. overige seksualiteiten

3. gender identiteit

4. quiz

5. overzicht

6. opdracht

noem zoveel mogelijk seksualiteiten en gender identiteiten die je al kent

De homoseksuele seksualiteiten 

1. bekende seksualiteiten

Homo = hetzelfde

Biseksueel,

het houden van twee specifieke genders

:)

1. bekende seksualiteiten

(niet denken dat dit hetzelfde als panseksueel is)

2. overige seksualiteiten

Omniseksueel

Panseksueel

3. gender identiteiten

gender is wat je bent; je identiteit

demi-genders

3. gender identiteit

Aanspreekvormen(pronouns); wat zijn ze?

Zij/ haar, Hij/ hem, dien/ diens, hun/ hen

pronouns ≠ gender 

Wat is biseksueel?

Homo = ???

1. hetzelfde
2. tegenover gestelde
3. lijkt op elkaar

Wat is gender

jou van aanspreekvormen(pronouns)
(als je niet weet hoef je niet te antwoorden)

1. zij/haar
2. hij/hem
3. dien/diens
4. hun/hen

Om non-binair te zijn gebruik je dien/ diens of hun/ hen pronouns

1. Ja
2. Nee

genders?

Overzicht

Opdracht:

Maak zelf een vlag van een gender of een seksualiteit.

Het kan een bestaande zijn of een zelf bedachte

(tip: zoek de betekenis van de kleuren om een optimale vlag te maken)