6.2+6.3

Lesdoel:
- Je moet kunnen uitleggen hoe steden stadsrechten kregen.
- Je moet kunnen uitleggen hoe godsdienstig christenen waren en hoe machtig de kerk daardoor was.
- Je moet kunnen uitleggen hoe christenen optraden tegen mensen die zich anders gedroegen dan veel mensen normaal vonden.

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Lesdoel:
- Je moet kunnen uitleggen hoe steden stadsrechten kregen.
- Je moet kunnen uitleggen hoe godsdienstig christenen waren en hoe machtig de kerk daardoor was.
- Je moet kunnen uitleggen hoe christenen optraden tegen mensen die zich anders gedroegen dan veel mensen normaal vonden.

Slide 1 - Diapositive

Floris V
Stadsrechten
  • Graaf Floris V was een belangrijke man in het gewest (de provincie) Holland 

Floris V gaf marktplaatsen de vrijheid (het privelege) om dingen zelf te gaan regelen;

  • Stadsbestuur-
  • met eigen stadswetten




Slide 2 - Diapositive

Blij met de stad!
Alle inwoners van een graafschap moesten gehoorzaam zijn aan de heer. Ook de inwoners van steden, maar die wilden liever eigen baas zijn

De heer vond een machtige en rijke stad helemaal niet erg: al die rijkdom! De inwoners van de stad en heer maken afspraken, vastgelegd in stadsrechten
De stad Dordrecht kreeg in 1220 stadsrechten van graaf Willem I van Holland. Daarmee is het één van de oudste steden van Nederland. 
In 1230 kreeg Zwolle van zijn landheer de Utrechtse bisschop Wilbrand van Oldenburg stadsrechten als dank voor hulp bij het bouwen van een burcht in Hardenberg. 

Slide 3 - Diapositive

Stadsrechten
  • Een stad met stadsrechten mag een stadsmuur bouwen
  • De stad mag zelf rechtspreken, maar een ambtenaar (de schout) van de heer moet wel aanwezig zijn en een deel van de boetes is voor de heer

  • De inwoners van een stad waren vrije poorters (geen bezit van de heer)
  • In ruil voor deze rechten moet de stad belasting betalen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Stadspoort Amersfoort

Slide 6 - Diapositive

Leg uit waaraan je op deze afbeelding kunt zien dat dit een stad is met stadsrechten.

Slide 7 - Question ouverte

Het stadsbestuur:
  • Een man kon burger van een stad worden als hij een jaar en één dag in de stad woonde, een beroep had en een geldbedrag betaalde.
  • Horigen die van hun heer naar een stad mochten verhuizen verloren zo de rechten en plichten van een horige, er werd dan ook vaak gezegd: "stadslucht maakt vrij"
  • burgers hadden de rechten van de stad en vormden samen de burgerij.

Slide 8 - Diapositive

Wat wordt er bedoeld met de uitspraak : "stadslucht maakt vrij" ?

Slide 9 - Question ouverte

'Memento Mori'

  • In de Middeleeuwen waren de meeste mensen in Europa christenen
  • Het leven was heel erg gericht op het leven na de dood: kwam je in de hemel of in de hel
  • Daarom was het motto: Memento Mori: gedenk te sterven.
  • Al tijdens het leven moest boete gedaan worden voor zonden
  • Boete kun je doen door om vergeving te bidden of om de kerk geld of goederen te schenken. 
  • Een zonde is iets doen wat God verboden had (bijv. stelen, liegen)

Slide 10 - Diapositive

Leven na de dood
Na de dood waren er drie mogelijkheden:
1. Hemel: zonder zonden? Dan onmiddelijk in de hemel (maar dat gold voor bijna niemand)
2. Hel: bij heel zondig leven: eeuwig branden in de hel.
3. Vagevuur: na je dood moest je boete doen voor je zonden in het vagevuur. Hoe meer je al had geboet tijdens je leven, hoe korter het verblijf in het vreselijke vagevuur. Daarna kon je alsnog naar de hemel.

Slide 11 - Diapositive

Bidden en Heiligen
  • Doel bidden = bescherming, sturing of vergeving vragen aan God, Jezus, Maria of een heilige.
  • Heilige = iemand die voor het geloof is gestorven en die na zijn/haar dood mensen hielp.
  • In veel kerken waren relikwiën (overblijfselen van heiligen) die daar werden vereerd.

    Reliekhouder met daarin een bot van een heilige. 

    Slide 12 - Diapositive

    Bedevaart
    Je kon een aflaat voor afkoop van alle zonden verdienen als je op bedevaart ging naar een heilige plek.

    Pelgrim: iemand die op bedevaart gaat.


    Slide 13 - Diapositive

    Aflaat 
    Brief die je van de paus kon kopen waarop stond dat een aantal zonden vergeven waren.
    Hierdoor verbleef je korter in het vagevuur.
    Hier verdiende de paus veel geld mee.

    Slide 14 - Diapositive

    De rol van de kerk in de middeleeuwen:
    • De kerk bepaalde wat gewoon was, deed je in die tijd iets anders? Dan had je het erg moeilijk.
    • Christenen met een afwijkend geloof werden ketters genoemd.
    • Mannen en vrouwen waarvan men dacht dat ze kwaad aanrichtten met tovernarij en hulp van de duivel werden heksen genoemd.
    • Ook joden weken af van de normen van de kerk.

    Slide 15 - Diapositive

    Video
    Bekijk de video over heksen. 
    Je spoelt de grappige sketches door en beantwoordt de vragen.

    Slide 16 - Diapositive

    Slide 17 - Lien

    Op welke manier onderzochten ze of je een heks was?

    Slide 18 - Question ouverte

    Waarom veroordeelde de kerk hekserij?
    A
    De kerk was bang dat de heksen te machtig zouden worden.
    B
    Heksen waren altijd vrouwen en die vonden de kerk minderwaardig.
    C
    Hekserij wordt gezien als een belediging voor de kerk.
    D
    Hekserij wordt gezien als een geloof en de kerk verbood andere geloven.

    Slide 19 - Quiz

    Wat was de meest gangbare straf op hekserij?

    Slide 20 - Question ouverte

    Pogroms
    Heksen veroordelingen

    Slide 21 - Diapositive

    Waarom de joden?
    Joden weken af van de normen van de kerk in de middeleeuwen.
    • Joden vieren de Sabbat op zaterdag en sloten daarom zaterdags hun winkels ipv. op zondagen.
    • Joden eten geen varkensvlees.
    • Joden hebben hun eigen gebruiken en feestdagen die veel christenen maar raar vonden.

    Slide 22 - Diapositive


    Heksen
    • Dingen die misgingen waren vaak de schuld van mensen van wie men dacht dat ze zich bezighielden met zwarte magie.
    • Er werd gezocht naar een zondebok, iemand die je de schuld kunt geven.
    • Deze zondebokken werden vaak gevonden in mensen die andere gewoonten hebben.
    • Zo werden sommige vrouwen (én mannen) van hekserij beschuldigd.

    Slide 23 - Diapositive


    Vervolging van heksen
    • Om heksen te 'ontmaskeren' werden de meest vreselijke ondervragingen en proeven gebruikt.
    • Zo werden heksen gewogen of in het water gegooid om te kijken of ze te licht waren (en dus bleven drijven).
    • Heksen werden verbrand om er zeker van te zijn dat de duivel werd uitgedreven.
    Vermoedelijk zijn er in Europa ongeveer tussen 1450 en 1650 ongeveer 60.000 mannen en vrouwen als 'heks' terechtgesteld. Opvallend is dat de heksenvervolging eigenlijk pas aan het einde van de Middeleeuwen plaatsvond.

    Slide 24 - Diapositive

    Joden
    • In de Middeleeuwen vonden de mensen de Joden 'vreemd' en 'onbetrouwbaar'.
    • Zo zouden zij het drinkwater hebben vergiftigd met de pest.
    • Joden moesten vaak in andere delen van de stad wonen (getto's), mochten geen eigen grond bezitten en ze mochten geen lid zijn van een gilde.
    • Daarom hadden ze vaak beroepen als: handelaar, bankier of juwelier.
    Als er in een middeleeuwse stad de pest uitbrak of er was een misdrijf gepleegd, dan werden de Joden vaak als schuldigen aangewezen. Het gevolg was een pogrom: een uitbarsting van Jodenhaat. De huizen van de Joden werden geplunderd en vernield. De Joden zelf werden mishandeld.

    Slide 25 - Diapositive

    Hoe noem je iemand die voor het geloof is gestorven?
    A
    Priester
    B
    Christen
    C
    Heilige
    D
    Bisschop

    Slide 26 - Quiz

    Waarom kochten veel mensen in de Middeleeuwen een aflaat bij de kerk?

    Slide 27 - Question ouverte

    Hoe noem je een bewijs dat de kerk je zonden heeft vergeven?
    A
    een adellijke titel
    B
    reliek
    C
    oorkonde
    D
    aflaat

    Slide 28 - Quiz

    Antisemitisme
    Jodenhaat.

    Oorzaken: Uitbraken  van de pest, Joden houden zich aan hygiëne maatregelen, dit moet volgens hun geloof. Hierdoor hebben zij minder vlooien die de pest overbrengen en worden zij niet zo snel ziek. De mensen uit die tijd zagen dat anders en geloofden dat de joden de pest veroorzaakt hadden en gestraft moesten worden.

    Slide 29 - Diapositive

    Antisemitisme
    Gevolgen:
    • speciale wetten in steden, bijv. verplicht wonen in een bepaalde wijk.
    • geen lid mogen zijn van een gilde
    • speciale tekens en kleding dragen

    Slide 30 - Diapositive

    Lees 
    De gele kopjes uitr 6.2 en 6.3

    Slide 31 - Diapositive

    Leerdoel 1: Leg uit hoe steden stadsrechten kregen.

    Slide 32 - Question ouverte


    leerdoel 2: Leg uit hoe godsdienstige christenen waren en dat de kerk erg machtig was.

    Slide 33 - Question ouverte

    Leerdoel 3: Leg uit hoe christenen optraden tegen mensen die zich anders gedroegen dan de norm van de kerk.

    Slide 34 - Question ouverte