Verteringsklieren voegen veteringssappen toe met daarin enzymen.
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 20 min
Éléments de cette leçon
Vertering
Vertering gebeurt in het maagdarmkanaal.
Verteringsklieren voegen veteringssappen toe met daarin enzymen.
Slide 1 - Diapositive
Vertering
Betekenis
Klein maken van voedingsstoffen
Doel
Opnemen van voedingsstoffen in het bloed mogelijk maken
Slide 2 - Diapositive
Mechanische vertering:
instrumenten
Doel van mechanische vertering --> oppervlakte vergroting
Slide 3 - Diapositive
Chemische vertering
Slide 4 - Diapositive
Verteringssappen bevatten enzymen. Wat zijn enzymen?
A
indicatoren
B
slotjes voor sleutels
C
stoffen die processen versnellen
D
stofjes die het beste werken bij 37 graden
Slide 5 - Quiz
Hoe werken enzymen? Zet in de juiste volgorde.
enzym knipt voedingsstof in tweeën
enzym bindt aan voedingsstof
enzym laat los
voedingsstof is (deels) afgebroken
Slide 6 - Question de remorquage
Vertering
Mondholte
Enzymen in speeksel
Verteren koolhydraten (zetmeel)
Maag
Enzymen in maagsap
Verteren eiwitten
Maagzuur dood bacteriën
Slide 7 - Diapositive
Vertering
Twaalfvingerige darm
Gal uit de lever via de galblaas
Gal is geen verteringssap!!
Maakt vetten kleiner
Enzymen in alvleessap
Verteren koolhydraten (zetmeel), eiwitten en vetten
Slide 8 - Diapositive
Vertering
Dunne darm
Enzymen in darmsap
Verteren koolhydraten (zetmeel) en eiwitten
Slide 9 - Diapositive
Welke beweringen over gal zijn juist? (2 goede antwoorden)
A
Gal bevat enzymen voor de vetvertering
B
Gal verdeelt grote vetdruppeltjes in kleinere vetdruppeltjes
C
Gal wordt gemaakt in de lever
D
Gal wordt gemaakt in de galblaas
Slide 10 - Quiz
Gegeven:
2 enzymen en 2 curves. Het enzym pepsine komt voor in de maag. Het enzym amylase zit in ons speeksel. Zet de enzymen op de juiste plek.
Pepsine
Amylase
Slide 11 - Question de remorquage
In welk van deze sappen zitten enzymen om Vettente verteren ?
Verteert vetten
Verteert geen vetten
Geen verteringssap
Maagsap
Darmsap
Speeksel
Alvleessap
Gal
Slide 12 - Question de remorquage
In welk van deze sappen zitten enzymen om koolhydraten te verteren ?
Verteert koolhydraten
Verteert geen koolhydraten
Geen verteringssap
Maagsap
Darmsap
Speeksel
Alvleessap
Gal
Slide 13 - Question de remorquage
In welk van deze sappen zitten enzymen om Eiwitten te verteren ?
Verteert eiwitten
Verteert geen eiwitten
Geen verteringssap
Maagsap
Darmsap
Speeksel
Alvleessap
Gal
Slide 14 - Question de remorquage
Voedingsstoffen opnemen
Dunne darm
Opname in haarvaten
Bouw dunne darm
Dunne darm heeft darmplooien
Op de darmplooien darmvlokken
Hierdoor groter oppervlak
Slide 15 - Diapositive
Na vertering
Dikke darm
Opname van water
Darmflora
Bacteriën
Breken een deel van de onverteerde stoffen af, hierbij ontstaan stinkende gassen
Slide 16 - Diapositive
MAAG
LEVER
DUNNE DARM
DIKKE
DARM
TWAALF
VINGERIGE
DARM
SPEEKSEL
-productie zoutzuur
-enzym verteerd eiwit voor een deel
-Groot oppervlak
-enzymen verteren eiwitten & koolhydraten
-opname voedingsstoffen in het bloed
Maakt gal wat vetten kleiner maakt
Bevat enzym wat zetmeel verteerd
-onttrekt water uit voedselbrij
-opname water in bloed
Hier mengen gal & alvleessap met de voedselbrij
Slide 17 - Question de remorquage
De functie van het verteringsstelsel is het omzetten van...................... in ....................
Speeksel en maagsap zijn voorbeelden van.....................
De enzymen in...................... zorgen ervoor dat voedingsstoffen........................ worden afgebroken. Voedingsstoffen die...................... door de darmwand heen kunnen worden omgezet in verteringsproducten. Verteringsproducten kunnen...........................door de darmwand heen.
Verteringssappen
Verteringssappen
Sneller
Langzamer
Voedingsstoffen
Voedingsmiddelen
Wel
Niet
Slide 18 - Question de remorquage
opdracht
maak in je schrift een samenvatting over het verteringsstelsel. Vertel langs welke organen het voedsel gaat en leg uit wat er in de organen gebeurt.