3.1 les 1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 3: de Grieken

De oud-Griekse tijd

• Tijd van de Grieken en Romeinen.
• Wordt ook wel de Oudheid genoemd.
• Van 3000 voor Christus (v.Chr.) tot 500 na Christus.

Wat weet je al
van het oude Griekenland?

?

?

Films

3.1: de wereld van de Grieken

Leerdoelen 3.1 les 1

1. Ik kan in eigen woorden uitleggen wat een stadstaat is.
2. Ik kan een oorzaak noemen waarom de oude Grieken gingen koloniseren.

Het oude Griekenland vóór 1000 v.Chr.

• Rond 1000 v.Chr.  waren er veel losse dorpen in het oude Griekenland.
• De meeste mensen leefden als boeren.

Dorpen worden steden

• Rond 900 v.Chr. ontstonden er nieuwe landbouwtechnieken (voorbeelden: gebruik van mest, een ploeg (zie afb.), irrigatielandbouw).
  
• Daardoor werden de oogsten groter en groeide de bevolking. Dorpen groeiden uit tot steden.
• Maar, er ontstond niet één staat, zoals in het oude Egypte.
  
• Vraag: waarom niet?

Hoe ziet het Griekse landschap eruit?

1. Griekenland heeft nauwelijks bergen.
2. Griekenland lijkt erg op Nederland.
3. Griekenland is één groot eiland.
4. Griekenland bestaat uit een hoop bergen en eilanden.

Grieks landschap

De vele bergen en eilanden zorgen voor het ontstaan van zelfstandige steden.

Antwoord: er ontstond daarom niet één staat, zoals in het oude Egypte.

Rond 900 v.Chr. bestond Griekenland uit een hele hoop losse stadstaten (poleis, ev. polis). Dat zijn steden met een eigen bestuur en stuk land.

Vanaf 800 v.Chr. groeit de bevolking door de landbouw. Er is nu meer eten nodig. Maar het oude Griekenland is te bergachtig. waar halen ze nu voedsel vandaan?

Tussen 750 v.Chr. en 550 v.Chr. koloniseerden de Grieken bijna heel het Middellands Zeegebied. Kolonisatie houdt in dat landen overzeese gebieden innemen.

Aan de slag

Maak opdracht 2, 3, 5, 8 en 9.

We werken zelfstandig. De eerste 10 minuten in stilte.

Wat je niet afkrijgt is huiswerk.