Les 2 Maatschappijleer H4/V4

Eiland-opdracht
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Eiland-opdracht

Slide 1 - Diapositive

Programma
  1. Check-in (5 min.)
  2. Eiland-opdracht 1: Normen en Waarden (15 min.)
  3. Zelfstandig werken eiland-opdracht (20 min.)
  4. Check-uit (5 min.)

Mededeling: vanaf nu ook Nieuws volgen toets.

Slide 2 - Diapositive

Op een onbewoond eiland
  1. Brainstorm (5 min.): bedenk eerst in je groep van 4 de belangrijkste argumenten (logos) voor je standpunt. Bedenk ook welke emoties in het debat je kunt gebruiken en welke verhalen daarbij aansluiten (pathos). Houd ook je geloofwaardigheid (ethos) in de gaten.
  2. Structuur betoog (5 min.): bedenk wat je gaat zeggen in de opzetbeurt (1 min.), vrije beurt (4 min.) en conclusiebeurt (1 min.).
  3. Taakverdeling en uitwerking (5 min.): Verdeel de taken (1 opzetbeurt, 2 vrije beurt, 1 conclusiebeurt) en werk per persoon je verhaal verder uit.
  4. Eindcontrole (5 min.): controleer als groep of het betoog een goed geheel vormt en pas waar nodig aan.

Slide 3 - Diapositive

Debat: 3x10 min.
 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.


10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)
1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)
4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)
1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)
1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)
2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Slide 4 - Diapositive

Tips & Tops Jury & Publiek
  1. Argumentatie en inhoud: Wat is de kwaliteit van de argumenten? Zijn er bewijzen? Zit er een lijn in het verhaal?
  2. Reactie: Lukt het de argumenten van de tegenpartij te weerleggen? Wie heeft er  overwicht?
  3. Spreekvaardigheid: Let op stemgebruik, intonatie, lichaamstaal, articulatie.
  4. Samenwerking: werken beide teams goed samen, of werken teamleden elkaar ook tegen?
  5. Originaliteit: Worden er originele argumenten/strategieën gebruikt?

Slide 5 - Diapositive

Tips & Tops Jury & Publiek
  1. Argumentatie en inhoud: Wat is de kwaliteit van de argumenten? Zijn er bewijzen? Zit er een lijn in het verhaal?
  2. Reactie: Lukt het de argumenten van de tegenpartij te weerleggen? Wie heeft er  overwicht?
  3. Spreekvaardigheid: Let op stemgebruik, intonatie, lichaamstaal, articulatie.
  4. Samenwerking: werken beide teams goed samen, of werken teamleden elkaar ook tegen?
  5. Originaliteit: Worden er originele argumenten/strategieën gebruikt?

Slide 6 - Diapositive

Debat: 3x10 min.
 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.


10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)
1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)
4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)
1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)
1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)
2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Slide 7 - Diapositive

Debat: 3x10 min.
 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.


10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)
1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)
4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)
1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)
1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)
2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Slide 8 - Diapositive

Debat: 3x10 min.
 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.


10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)
1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)
4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)
1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)
1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)
2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Slide 9 - Diapositive

Check-uit: wat is je bijgebleven van deze les?

Slide 10 - Carte mentale