Formuleren afronding V4

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Pleonasme

Tautologie

Voordat je de toets maakt, moet je eerst goed leren. 

Hij liep eenzaam en verlaten door de stille straten tijdens de avondklok. 

Soms kan het Max Verstappen weleens overkomen dat hij niet wint. 

Tijdens hun dagelijkse ronde vonden de agenten het dode lijk in de berm liggen. 

Het moet eens een keer ophouden met die nutteloze verspilling van plastic!

Hij heeft al maandenlang een achterstallige schuld bij zijn ouders.

Hoe noemen we deze formuleringsfout?
Het concert was uitverkocht en gingen we dus maar weer naar huis.

1. verkeerd gekozen voorzetsel
2. onjuiste inversie
3. contaminatie
4. tangconstructie

Hen

Hun

Zij

Ik heb ... dat boek al gegeven.

Die stank maakt ... misselijk. 

Je kunt ...  ook vragen of ze op je feestje willen komen. 

Hadden ... niet kunnen zeggen dat daar een wak in het ijs zat? 

Verder heeft niemand dat van ... gekregen!

We zullen de beker morgen aan ... overhandigen. 

We hebben het ... al verteld!

Benoem de fout:
Bijna iedereen was het eens met de nieuwe corona-examenregeling.

1. contaminatie
2. pleonasme
3. vaag woordgebruik
4. verkeerd verwijswoord

Benoem de fout:
Zijn zoon baalde ervan dat zijn handschoenen kwijt waren.

1. pleonasme
2. foutieve inversie
3. onvolledige zin
4. contaminatie

Benoem de fout:
Is dat nou dat blonde meisje waarover iedereen maar roddelt?

1. pleonasme
2. verkeerd verwijswoord
3. onjuiste inversie
4. tangconstructie

Als

Dan

Mieke zingt mooier ... Senna.

Jasper staat op een andere hoogte ... Laurens.

Yelina is vijf keer zo sterk ... Nijs. 

Roelof doet niets anders ... studeren. 

Dat laatste boek sla ik hoger aan ..... zijn vorige.

Ik denk dat Maud daar meer van weet ..... Maut.

Mijn vrouw verdient twee zoveel ..... ik.

Dat nieuwe lokaal heeft dezelfde afmetingen ..... de oude lokalen.

Let op!

Nu volgen enkele vragen waarvoor je maximaal 10 seconden de tijd hebt voor je antwoord. 

Goed of fout?
Die spierpijn na het schaatsen heeft hij echt te wijten aan zijn slechte conditie.

1. Goed
2. Fout

Goed of fout?
Zijn moeder had voor zijn verjaardag een hele mooie slinger ontworpen van zijn babyfoto's

1. Goed
2. Fout

Goed of fout?
Zij had blijkbaar hard gewerkt, want ze kreeg al snel promotie van haar werkgever.

1. Goed
2. Fout

Goed of fout?
De auto slipte doordat de weg zo glad was na de ijzel van afgelopen nacht.

1. Goed
2. Fout

Goed of fout?
Zij belde dat ze niet kwam werken, omdat ze zich nogal ziek voelde.

1. Goed
2. Fout

Goed of fout?
Wij gaan vanavond barbecuen mits het te hard regent.

1. Goed
2. Fout

Wat vul je in?
Ik ... helemaal vergeten hoeveel leerlingen er in mijn klas zitten.

1. ben
2. heb

Wat hoort op de puntjes?
......is dat lokaal eigenlijk? Kun je daar wel met twintig leerlingen in?

1. Hoelang
2. Hoe lang

Incongruentie of niet?
De Verenigde Staten heeft met Kamala Harris een ambitieuze vice-president gekregen.

1. incongruentie
2. geen incongruentie

Vul in op de puntjes:
De waarheid van de verklaringen … door de politie betwijfeld.

1. wordt
2. worden

Vul in op de puntjes:
Een zwerm bijen … de jongen.

1. achtervolgden
2. achtervolgde

Vul in op de puntjes:
De katten … een leuk trucje geleerd.

1. werd
2. werden

Foutieve of correcte samentrekking:
Zijn broek kost 80 euro en vind ik niet mooi.

1. Foutief
2. Correct

Foutieve of correcte samentrekking:
Streekromans interesseren me niet en lees ik dus niet.

1. Foutief
2. Correct

Foutieve of correcte samentrekking:
Ze heeft haar vriendin opgebeld en gefeliciteerd met haar verjaardag.

1. Foutief
2. Correct

Foutieve of correcte samentrekking:
De hond werd voortdurend gepest en werd tenslotte ziek.

1. Foutief
2. Correct

Foutieve of correcte samentrekking:
Mijn les Nederlands was vandaag weer geweldig en zal ik daarom niet snel vergeten.

1. Foutief
2. Correct

Correct beknopte bijzin

Foutief beknopte bijzin

Huppelend van plezier, kwam het kind de klas binnen.

Na drie uur gewacht te hebben, gingen de hekken eindelijk open.

Kijkend uit het raam, viel plotseling een dakpan naar beneden.

In roomboter gebraden eet hij het vlees met smaak op.

Schaatsend naar de overkant, reed hij bijna het wak in. 

 Verscholen in een bosje, passeerde mij op enige meters een wild zwijn

Na gegeten te hebben, deed ik de afwas.

Ben je klaar voor de toets?
1 = niet -------------- 10 = helemaal

310