ka 33 Modern imperialisme

Modern Imperialisme
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Modern Imperialisme

Slide 1 - Diapositive

Modern
Imperialisme

Slide 2 - Carte mentale

ka 33
  • De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
  • 1870-1940
  • groot koloniaal rijk verkrijgen
  • Industrialisatie als belangrijke reden
  • Azië en Afrika

Slide 3 - Diapositive

Waarom koloniën in Afrika en Azië?
A
Daar waren de meeste grondstoffen
B
Die waren het makkelijkst te veroveren
C
Die waren nog niet veroverd
D
Die lagen het meest dichtbij

Slide 4 - Quiz

Wat was het belangrijkste doel van imperialisme vóór 1870?
A
grondstoffen
B
handel
C
christendom verspreiden
D
goud en zilver

Slide 5 - Quiz

Imperialisme ná 1870 had andere doelen. Welke hoort er NIET bij?
A
grondstoffen voor de industrie
B
inheemse bevolking beschaven
C
handel in specerijen
D
aanzien in eigen land krijgen

Slide 6 - Quiz

Verschillen imperialisme 
  • vóór 1870: handel
- handelsposten kust
- specerijen en plantageproducten
- alleen Amerika gekoloniseerd
  • ná 1870: grondstoffen voor industrie
- veroveren en besturen binnenland
- Heel Afrika en Azië gekoloniseerd

Slide 7 - Diapositive

Wat was GEEN populaire grondstof uit de koloniën in de 19e en 20e eeuw?
A
rubber
B
kopererts
C
katoen
D
hout

Slide 8 - Quiz

Hoe groot was het Britse koloniale rijk in 1914?
A
12 miljoen km2
B
24 miljoen km2
C
33 miljoen km2
D
51 miljoen km2

Slide 9 - Quiz

Wat is een afzetgebied?
A
een gebied waar je spullen kan verkopen
B
een gebied waar je qua geld wordt afgezet
C
een gebied waar je naar toe vervoerd kan worden
D
een gebied dat gekoloniseerd is

Slide 10 - Quiz

Een motief is ook wel een....
A
oorzaak
B
gevolg
C
patroon
D
reden

Slide 11 - Quiz

Deel 2
doelen modern imperialisme
33.7 en 33.8 bespreken

Slide 12 - Diapositive

Imperialisme ná 1870 had andere doelen. Welke hoort er NIET bij?
A
grondstoffen voor de industrie
B
inheemse bevolking beschaven
C
handel in specerijen
D
aanzien in eigen land krijgen

Slide 13 - Quiz

Welk land bezat dit land vroeger als kolonie?
India
Indonesië
Vietnam
Congo
Frankrijk
Groot-Brittannië
Nederland
België

Slide 14 - Question de remorquage

Motieven modern imperialisme
1. grondstoffen
- Industriële Revolutie Europa
- rubber, ijzer, koper, katoen, olie

2. afzetgebieden
- producten verkopen aan kolonie
- overschot producten thuisland
- goedkoper dan inheemse  producten

Slide 15 - Diapositive

Wat is nationalisme?
A
Trots zijn op je eigen land
B
Streven naar een eigen land
C
Streven naar vrijheid en gelijkheid
D
Streven naar vrijheid voor gelovigen

Slide 16 - Quiz

3 status
- invloed nationalisme
trots op eigen land
- bezitten groot koloniaal rijk
- nieuw gevormde landen eind 19e eeuw ook koloniën
België, Duitsland, Italië


Slide 17 - Diapositive

kijk goed!

Slide 18 - Diapositive

Welk motief voor modern imperialisme is hier afgebeeld?
A
grondstoffen
B
afzetmarkt
C
nationalisme
D
beschaving verspreiden

Slide 19 - Quiz

4. beschaving 
- Europese beschaving verspreiden
- missionarissen > christendom
- idee: Europese cultuur is veel beter  ('superieur')
- 'white man's burden' > last van de blanke > beschaven koloniën
- scholen met bv. Nederlandse geschiedenis en taal

Slide 20 - Diapositive

Kijkopdracht (tot 5.10 min)
Vragen:
1. Hoe kreeg de Nederland de kolonie Nederlands-Indië in 1800?
2. Wat waren twee doelen van Nederland voor de kolonie?
3. De Indonesische bevolking werd vaak slecht behandeld. Noem drie voorbeelden. 
4. Wat is de Ethische Politiek en welk gevolg had dit?

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

33.2 Welke motieven houden verband met de industrialisatie?
A
afzetmarkt en status
B
afzetmarkt en beschaving
C
afzetmarkt en grondstoffen
D
grondstoffen en status

Slide 23 - Quiz

Wat is discrimi-natie?
van onderscheid
Het onrechtmatig maken
tussen mensen en groepen

Slide 24 - Question de remorquage

Gedicht Last der blanken
Take up the White Man's burden—
Send forth the best ye breed—
Go bind your sons to exile
To serve your captives' need;
To wait in heavy harness,
On fluttered folk and wild—
Your new-caught, sullen peoples,
Half-devil and half-child.
(Rudyard Kipling)
Neem op de last der blanken—
Stuur uit der natie bloem—
Je zoons, doem hen tot balling om
Gekooiden wèl te doen;
Als hoeders, zwaar geharnast,
Van schicht'ge wildendrom—
Een buitgemaakt, balsturig volkje,
Half kind en half demon.
(Vertaling Anneke Brassinga)[1]

Slide 25 - Diapositive

Kijk goed!

Slide 26 - Diapositive

Waar slaat de titel van de cartoon op? 'De last der blanke?'

Slide 27 - Question ouverte

Deel 3
herhalen vorig lessen
thema: geweld en racisme
kijkopdracht Congo

Slide 28 - Diapositive

Herhaling: welk motief voor modern imperialisme hoort er niet bij?
A
handel in specerijen
B
grondstoffen en afzetmarkt
C
beschaven en bekeren
D
status en nationalisme

Slide 29 - Quiz

33.4: Waarom was beschaven en bekeren eigenlijk geen echt motief?
A
Er was kwam maar weinig onderwijs
B
Het was een excuus voor het koloniseren
C
Er was meer geweld en onderdrukking

Slide 30 - Quiz

Welk land bezat dit land vroeger als kolonie?
India
Indonesië
Vietnam
Congo
Frankrijk
Groot-Brittannië
Nederland
België

Slide 31 - Question de remorquage

geweld en onderdrukking

- vele slachtoffers door veroveringen
- terreur en honger door (economische) onderdrukking
- racisme en discriminatie 
- bijvoorbeeld: Congo
- dekolonisatie met moeite na WOII

Slide 32 - Diapositive

Leopolds schrikbewind in Congo
  • Kongo-Vrijstaat
  • 1879-1908
  • persoonlijk bezit koning België
  • dwangarbeid rubberoogst
  • mishandelingen en moordpartijen 

Slide 33 - Diapositive

Kijkopdracht (tot ca. 12.50 min)
1. Waarom was er een grote vraag naar rubber?
2. Hoeveel mensen zijn er gedood tijdens het bewind van Leopold in Congo?
3. Hoe kwam Alice Seeley Harris naar Congo?
4. Waarom kun je haar een soort 'twitteraar' van haar tijd noemen?
5. Welke foto sloeg echt in als een bom?
6. Welke eigenschappen had Alice die maakten dat ze deze impact kon hebben?
7. Wat willen de makers van de documentaire bereiken bij hun publiek?

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Vidéo

33.6 Waarom hebben veel voormalige koloniën geen goede band met hun voormalige kolonisatoren?

Slide 36 - Question ouverte

Bespreken
33.7 en 33.8

Slide 37 - Diapositive

Afsluiting

Slide 38 - Diapositive

Kijk goed!

Slide 39 - Diapositive

Wat is de boodschap van de tekenaar van de cartoon?
gebruik het plaatje

Slide 40 - Question ouverte

Wat ga je onthouden?

Slide 41 - Carte mentale