Zelftoets herhaling

Grammatica en spelling herhaling
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Grammatica en spelling herhaling

Slide 1 - Diapositive

Wat is de persoonsvorm (pv) in de zin:
Mijn broertje verzamelt voetbalplaatjes.
A
Mijn broertje
B
voetbalplaatjes
C
verzamelt

Slide 2 - Quiz

Hoor je dat geluid in de keuken?
A
dat geluid
B
hoor
C
in de keuken

Slide 3 - Quiz

Zullen we straks een spelletje doen?
A
doen
B
zullen
C
straks

Slide 4 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord (vd) in de zin:

Ik ben verhuisd.

A
ben
B
ik
C
verhuisd

Slide 5 - Quiz

Ik heb de marathon gelopen.
A
heb
B
ik
C
gelopen

Slide 6 - Quiz

Ik ben sinds gisteren afgestudeerd.
A
ben
B
afgestudeerd
C
sinds

Slide 7 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde? (wwg)

Ik heb tomaten gekocht.
A
heb
B
gekocht
C
heb gekocht

Slide 8 - Quiz

Wij waren naar Amsterdam gegaan.
A
waren gegaan
B
waren
C
gegaan

Slide 9 - Quiz

Hebben jullie afgelopen weekend gefeest?
A
gefeest
B
hebben
C
hebben gefeest

Slide 10 - Quiz

Vul de juiste spelling in.

Hoe ver moet je naar school (lopen)?
A
lopen
B
loopt
C
gelopen

Slide 11 - Quiz

Wanneer (starten) het nieuwe F1-seizoen?
A
start
B
stard

Slide 12 - Quiz

Wanneer (lopen) jouw abonnement af?
A
loopt
B
loopd
C
lopd

Slide 13 - Quiz