Op niveau - Blok 1 Grammatica zinsdelen benoemen (herhaling)
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2
Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 6 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Op niveau
Grammatica blok 1
3 kader
Grammatica zinsdelen (blz. 20 t/m 23)
Slide 2 - Diapositive
Stappenplan zinsontleding
Zinnen ontleed je altijd in een bepaalde volgorde.
Zo'n volgorde noemen we ook wel een "stappenplan". We beginnen met grammatica zinsdelen blok 1, blz. 20 t/m 23
Slide 3 - Diapositive
Lesdoel
Aan het eind van deze oefening hebben we herhaald dat je met behulp van een stappenplan zinsdelen kan benoemen. Je weet in welke volgorde een zin ontleed moet worden en hoe de verschillende delen heten.
Slide 4 - Diapositive
Wat weet je nog?
Welke zinsdelen ken je nog?
Hoe vind je die zinsdelen dan?
Hoe verdeel je ook alweer een
zin in zinsdelen?
Slide 5 - Diapositive
Persoonsvorm (PV)
De persoonsvorm is een werkwoord in de zin.
Je vindt de pv door de zin van tijdte veranderen; de werkwoorden / het werkwoord dat verandert is dan de pv!
Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit ALLE werkwoorden in een zin. Dus OOK de persoonsvorm!
Slide 8 - Diapositive
Voorbeeld
Zin 1: Mijn broertje verzamelt voetbalplaatjes
Verzamelt = pv én wwg
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Onderwerp (Ond)
Het onderwerp geeft aan wie of wat iets doet in de zin.
ond=wie/wat + pv + overige werkwoorden ?
Slide 11 - Diapositive
Voorbeeld
Zin 1: Mijn broertje verzamelt voetbalplaatjes
Wie verzamelt (pv)? --> mijn broertje
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Slide 14 - Vidéo
Lijdend Voorwerp (LV)
LV=wie/wat + Ond + WWG ?
Een zin met een ng heeft geen LV.
Een LV begint NOOIT met een voorzetsel.
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Meewerkend Voorwerp (MV)
MV= aan/voor wie + Ond + WWG + LV ?
Soms staat er geen aan/voor, dan moet je het zelf kunnen toevoegen.
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Vidéo
Bijwoordelijke Bepaling (BwB)
Alles wat overblijft/niet benoemd is.
Geeft antwoord op vragen als waar? Waarheen? Waarover? Waarom? Waardoor? Wanneer?
Ook wel 'Het 'vuilnisbakje' van de zin' genoemd!
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Vidéo
Wat is nu dus het stappenplan om zinsdelen te benoemen?
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Aan het werk!
•Maak opgave 13 en 16 van 'Grammatica (zinsdelen)' op bladzijde 20/21 van je lesboek.
Slide 23 - Diapositive
Als je klaar bent:
(Bijna) alles goed? Ga verder met opdracht 14 en lees de leertekst op blz. 21. (Te) veel fouten gemaakt? Vraag hulp aan de docent.
Slide 24 - Diapositive
Wat heb je nu geleerd?
Het stappenplan om zinnen te ontleden. Eerst zoek je de ... Dan doe je de ... Vervolgens zoek je het ... Daarna benoem je het ... Hierna zoek je het ...