Stripverhaal schrijven

Lesdoelen

Na deze les:

  •  Kan je zelf een stripverhaal schrijven met behulp een stappenplan en lege tekstballonnen
  • Kan je een gesprek in de directe rede schrijven 
  • Kan je voor je stripverhaal woorden gebruiken die geluiden of klanken nabootsten 


1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Lesdoelen

Na deze les:

  •  Kan je zelf een stripverhaal schrijven met behulp een stappenplan en lege tekstballonnen
  • Kan je een gesprek in de directe rede schrijven 
  • Kan je voor je stripverhaal woorden gebruiken die geluiden of klanken nabootsten 


Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Welke taal gebruik je in een stripverhaal? (10 minuten)
  • Uitleg opdracht zelf stripverhaal schrijven( 5 minuten)
  • Aan de slag! (20 minuten)
  • Afsluiting les 

Slide 2 - Diapositive

Striptaal
Wat is het verschil tussen de taal in een stripverhaal en een gewoon verhaal?

Slide 3 - Diapositive

De taal in stripverhalen
  • Striptekenaars schrijven verhalen met tekeningen en tekstballonnen. 

  • In stripverhalen moeten alle geluiden en teksten worden geschreven. 
Maar....

  • Je kan niet zomaar schrijven ‘de telefoon rinkelt’. Ook is er geen ruimte om heel uitgebreide verhalen te vertellen in de kleine tekstballonnen!!

Er is dus een speciale taal nodig om een strip te schrijven:   STRIPTAAL!!!!

Slide 4 - Diapositive

                                           Striptaal: bekijk de afbeeldingen even goed
Afbeelding 1
Afbeelding 2

Slide 5 - Diapositive




Welke tekst past het best bij afbeelding 1?
Afbeelding 1                Afbeelding 2
A
'Tom, val nou niet op de bank in slaap!' 'Ik ben klaarwakker hoor!'
B
Er was eens een mevrouw en een meneer die zaten op de bank en waren aan het praten

Slide 6 - Quiz

Directe rede
In striptaal wordt er geschreven in de directe rede 
Je schrijft dan letterlijk op wat iemand zegt. 

Slide 7 - Diapositive




Welke tekst past het best bij afbeelding 2?
Afbeelding 1                Afbeelding 2
A
Die meneer is op de bank in slaap gevallen
B
ZzzzzZZZzzzzZZZ

Slide 8 - Quiz

          Geluiden schrijven in striptaal


Striptekenaars schrijven geluiden op zoals ze in het echt klinken




Slide 9 - Diapositive

Sleep het geluid naar de juiste foto.
“Ieuw!”

Slide 10 - Question de remorquage

Aan de slag!
  • Wat? Je gaat in tweetallen een stripverhaal schrijven 
  • Hoe? Je gaat eerst je gekozen striptekening bekijken en daarna je het stripverhaal schrijven met behulp van het stappenplan op het werkblad.
  • Hulp: overleg eerst met elkaar of bekijk de stripverhalen die op de tafels liggen. Kom je er dan nog niet uit? Steek je vinger op, dan kom ik naar je toe!
  • Klaar? Als je alle opdrachten van het werkblad hebt gemaakt en ingevuld, dan lever je de opdracht in en ga je óf lezen in een stripboek óf maak je nog een strip!


timer
10:00

Slide 11 - Diapositive

Uitleg stappenplan 
Stap 1: 
  • Plaatjes bekijken/ wat gebeurt er?
Stap 2: 
  • Tekst bedenken en eerst in klad op werkblad (schema) schrijven
  • Daarna tekst netjes in de tekstballonnen schrijven
Stap 3:
  • Verhaaltje nakijken met de nakijkhulp + vragen onderaan blz. beantwoorden

Slide 12 - Diapositive

Werken in tweetallen
Je kiest een stripverhaal naar keuze
Je krijgt één werkblad per duo!


Werkt netjes en maak alle opdrachten!!!!

Slide 13 - Diapositive