3.1 Hoe kom je aan een baan?

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

De arbeidsmarkt bestaat uit
  • bedrijven die banen en vacatures hebben
  • mensen die werken of op zoek zijn naar werk.

Slide 6 - Diapositive

Wat is een vacature?
A
Iemand die een baan zoekt
B
Iemand die een baan heeft
C
Een baan waar iemand aan het werk is
D
Een baan waarvoor iemand wordt gezocht

Slide 7 - Quiz

Je wil graag wat meer geld hebben. Je denkt eraan om een baantje te zoeken.

Welke bijbaan zou jij graag willen hebben?

Slide 8 - Question ouverte

Wat is de arbeidsmarkt?
A
Alleen banen die er zijn bij bedrijven
B
Alleen mensen die werken of die werk zoeken
C
Alle banen die er zijn bij bedrijven en alle mensen die werken of die werk zoeken

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Oefensom
In totaal zijn er 200.00 bijbaantjes
Bereken hoeveel jongeren doen aan kranten bezorgen

Slide 11 - Diapositive

Oefensom
In totaal zijn er 200.00 bijbaantjes
Bereken hoeveel jongeren doen aan werken in de horeca

Slide 12 - Diapositive

Arbeidsverdeling
Het werk bij bedrijven is verdeeld in verschillende banen, elk met zijn eigen taken.

 Dit noem je arbeidsverdeling.


Zo kan iedere werknemer doen waar hij of zij goed in is.

Slide 13 - Diapositive

Waarom is een goede arbeidsverdeling belangrijk voor een bedrijf?
A
Dan kan het bedrijf makkelijker personeel vinden
B
Dan heeft het personeel meer verschillende werk
C
Dan kan het personeel beter en sneller hun werk doen

Slide 14 - Quiz

Scholing
Voor veel werk is scholing nodig. Dan doe je een beroepsopleiding of cursus waarin je leert voor een baan.

Voorbeelden van geschoold werk zijn bijvoorbeeld automonteur en leraar.

Voor ongeschoold werk heb je geen beroepsopleiding nodig. Denk aan vakkenvullen, folders rondbrengen of schoonmaakwerk.


Slide 15 - Diapositive

Automonteur
A
Geschoold
B
Ongeschoold

Slide 16 - Quiz

Afwashulp
A
Geschoold
B
Ongeschoold

Slide 17 - Quiz

Ziekenverzorger
A
Geschoold
B
Ongeschoold

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

Hoeveel uur moet je minstens per week werken als je een voltijd baan hebt?

Slide 20 - Question ouverte

De buurman werkt 38 uur per week als docent.
A
Voltijd
B
Deeltijd

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Bekijk de redenen om te werken nog een keer.
Welke twee redenen om te werken zijn voor jou de belangrijkste?

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive