§4.4 het v,t diagram

vandaag
korte uitleg plaats tijd diagram
21 online vragen
korte uitleg snelheid tijd diagram
zelfstandig werk
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

vandaag
korte uitleg plaats tijd diagram
21 online vragen
korte uitleg snelheid tijd diagram
zelfstandig werk

Slide 1 - Diapositive

eenparige beweging
Afstandelke seconde wordt er een gelijke afstand afgelegd
Snelheid: snelheid is steeds gelijk = constant

Slide 2 - Diapositive

versnelde beweging
Afstandelke seconde wordt de afgelegde afstand groter
Snelheid: snelheid wordt steeds groter

Slide 3 - Diapositive

vertraagde beweging
Afstandelke seconde wordt de afgelegde afstand kleiner
Snelheid: snelheid wordt steeds kleiner

Slide 4 - Diapositive

s, t diagrammen:

In welk diagram zie je een?
  • constante snelheid?
  • geen beweging?
  • vertraging?
  • versnelling?

Slide 5 - Diapositive

Reken om: 495 meter is
A
0,495 kilometer
B
4,95 kilometer
C
94,5 kilometer
D
4950 kilometer

Slide 6 - Quiz

Reken om: 67 kilometer is
A
0,067 meter
B
6700 meter
C
67000 meter
D
0,67 meter

Slide 7 - Quiz

Reken om: 18 km/h is
A
0,018 m/s
B
18000 m/s
C
64,8 m/s
D
5 m/s

Slide 8 - Quiz

Reken om: 20 m/s is
A
5,56 km/h
B
72 km/h
C
20000 km/h
D
0,02 km/h

Slide 9 - Quiz

Reken om: 2 minuten is
A
0,0333 seconden
B
60 seconden
C
120 seconden
D
0,0667 seconden

Slide 10 - Quiz

Reken om: 0,25 uur is
A
15 minuten
B
45 minuten
C
30 minuten
D
60 minuten

Slide 11 - Quiz

Wat is de grootheid van de afgelegde afstand?
A
Δs
B
vgem
C
Δt
D
v

Slide 12 - Quiz

Wat is de grootheid van de tijdsduur?
A
Δs
B
vgem
C
Δt
D
v

Slide 13 - Quiz

Wat is de grootheid van de gemiddelde snelheid?
A
Δs
B
vgem
C
Δt
D
v

Slide 14 - Quiz

Wat is de grootheid van de snelheid?
A
vgem
B
Δt
C
Δs
D
v

Slide 15 - Quiz

Wat is de eenheid van Δs?
A
m
B
m/s
C
s
D
km

Slide 16 - Quiz

Wat is de eenheid van Δt?
A
m of km
B
m/s of km/h
C
s of h
D
N

Slide 17 - Quiz

Wat is de eenheid van vgem en v?
A
m of km
B
m/s
C
s of h
D
km/h

Slide 18 - Quiz

Welke formule klopt?
A
Δt = tbegin - teind
B
Δt = tbegin + teind
C
Δt = teind - tbegin
D
Δt = teind + tbegin

Slide 19 - Quiz

Welke formule klopt?
A
Δv = vbegin - veind
B
Δv = vbegin + veind
C
Δv = veind - vbegin
D
Δv = veind + vbegin

Slide 20 - Quiz

Welke formule klopt?
A
vgem = Δt * Δs
B
vgem = Δt / Δs
C
vgem = Δs * Δt
D
vgem = Δs / Δt

Slide 21 - Quiz

Welke formule klopt?
A
Δs = vgem * Δt
B
Δs = Δt * vgem
C
Δs = vgem / Δt
D
Δs = Δt / vgem

Slide 22 - Quiz

Welke formule klopt?
A
Δt = vgem / Δs
B
Δt = Δs / vgem
C
Δt = vgem * Δs
D
Δt = Δs * vgem

Slide 23 - Quiz

Wat staat er op de verticale as van een s,t-diagram?
A
de snelheid
B
de plaats
C
de versnelling
D
de tijd

Slide 24 - Quiz

Wat staat er op de horizontale as van een s,t-diagram?
A
de snelheid
B
de plaats
C
de versnelling
D
de tijd

Slide 25 - Quiz

Hoe bereken je de snelheid uit een s,t-diagram?
A
de oppervlakte boven de grafiek
B
de steilheid van de lijn
C
de oppervlakte onder de grafiek
D
dat kan niet

Slide 26 - Quiz

Een auto rijdt met constante snelheid, welk s,t-diagram hoort hierbij?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 27 - Quiz

eenparige beweging
Afstandelke seconde wordt er een gelijke afstand afgelegd
Snelheid: snelheid is steeds gelijk = constant

Slide 28 - Diapositive

versnelde beweging
Afstandelke seconde wordt de afgelegde afstand groter
Snelheid: snelheid wordt steeds groter

Slide 29 - Diapositive

vertraagde beweging
Afstandelke seconde wordt de afgelegde afstand kleiner
Snelheid: snelheid wordt steeds kleiner

Slide 30 - Diapositive

Stroboscopische tekening of foto
  • tussen elke afbeelding zit dezelfde tijd
  • Elke stip in de grafiek is een plaats van de motor
  • Wat voor beweging maakt de motor?
  • De motor versnelt.

Slide 31 - Diapositive

In de grafiek hiernaast zie je de rit van een stoptrein tussen twee stations.
  • Tot welk tijdstip versnelt de trein?
  • Vanaf welk tijdstip remt de trein af?
  • Hoe lang rijd de trein een constante snelheid?
  • Wat is de snelheid dan?


Slide 32 - Diapositive

 In de figuur zie je het s-t diagram van een remmende auto. De reactie tijd is 1,0 s. 

  • Voor het remmen is v constant; v = 30 m/s 

  • Uiteindelijk staat de auto na 6 seconden stil

Slide 33 - Diapositive

De v-t diagram van deze beweging. 
Bepaal de remvertraging:

  • 30 m/s : 5 sec = 6 m/s per seconde. 

Slide 34 - Diapositive

De v-t diagram van deze beweging. 
Bepaal de afgelegde afstand:
  • s = (1s * 30 m/s) + 1/2 * (5s * 30 m/s) = 30 m + 75 m = 105 m

Slide 35 - Diapositive

Aan de slag
Opgaven §4.4 digitaal of in je schrift
Vraag 36 tot en met 42 zie studie wijzer



Vragen via teams chat of direct in de klas
Om                        neem ik de les terug en sluit ik hem af



Slide 36 - Diapositive