A3A P1 2223

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welkom !!!

Voorstelrondje: Mijn naam is... en ik ben goed in... Naast mij zit... en hij/zij is heel goed in...

Uitleg werkschema/magister/regels telefoon, huiswerk enz.

Talent/Max - online en werkboek

Lezen: elke start van de les 10 minuten: z.s.m. leesboek kiezen en bestellen (geen boek(-en) mee? probleem!)

Wk 35-36

1.1 Fictie lezen: p.8-14 / maken opdr. 1, 2, 3, 9  en lezen p. 20

- Doe de test op: https://niveautest.12-15.jeugdbibliotheek.nl/- -- Welk lezerstype ben jij? 

- Keuze: klassikaal, individueel of in leesclubje lezen?

- Kies een boek en bestel of leen direct, in wk 37 meenemen! 

- Leeslijst magister, www.lezenvoordelijst, of Talentboek 3A: leestips p. 20, 105, 185

Literaire begrippen p.9

Chronologie wel/niet? 

Voorgeschiedenis

Tijdsperspectief

Open/gesloten einde

Onderwerp en thema

Literatuur of lectuur?

BELANGRIJKSTE -> WAT DOET HET BOEK MET JOU?

niveautest.12-15.jeugdbibliotheek.nl

Wk 36 Formatieve toets

Ma 5 sept Irene afwezig: maak de formatieve toets (zie Magister) in je schrift en neem die di 6 sept mee. We bespreken dan de antwoorden!

Beheers je een onderdeel? -> alleen kernopdrachten maken

Extra ondersteuning voor een onderdeel? -> Studieplan

- Kwt-uren

- Versterk jezelf (online) en oefen op Cambiumned

- Beterspellen-app

beterspellen.nl

Wk 37

1.3 Lezen p.25 opdr. 1, 2, 4 t/m 11

Zie ook overzicht op p. 263-265

- artikel - uiteenzetting -> verschillende tekststructuren

- onderwerp en hoofdgedachte

- opbouw alinea's

- functie inleiding en slot

- tekstverbanden en signaalwoorden

Wk 37

1.9 Spelling p.80 opdr. 2 t/m 7, 8a, 9 en dicteewoorden p.86

Leestekens: punt, komma, dubbele punt, aanhalingstekens en het beletselteken

Twintig dicteewoorden p.86 

Tip: betekenis onbekend? Zoek het op in een woordenboek! Je moet naast de spelling, het woord ook kunnen gebruiken in een zin.

Onderwerp en hoofdgedachte

Onderwerp = woord of woordgroep die aangeeft waar de tekst over gaat (geen zin). 

Hoofdgedachte = een zin die het belangrijkste weergeeft wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd (geen vraag). 

Onderwerp en hoofdgedachte

• Het onderwerp van een tekst formuleer je met een woord of woordgroep.
  Vleesconsumptie
• De hoofdgedachte is een mededelende zin (dus géén woord!)
  Nederlanders zouden iets minder vlees moeten eten.

Hoofdgedachte

• Het belangrijkste wat de schrijver vertelt over een onderwerp noem je de hoofdgedachte. Dit is één zin (en nóóit een vraag)
• Onderwerp en hoofdgedachte vind je vaak op voorkeurs-plaatsen, zoals in de titel, inleiding en slot. Deelonderwerpen vind je in de alinea's (soms aangegeven met tussenkopjes)

Tekstverbanden en signaalwoorden

Zie Cambiumned

www.cambiumned.nl

Wk. 38

1.3 Lezen: Keuze tussen tekst 2 (p.35) en opdr. 12 t/m 16 óf tekst 3 (p. 37-38) opdr. 17 t/m 22

Zie ook overzicht op p. 263-265

- artikel - uiteenzetting -> verschillende tekststructuren

- onderwerp en hoofdgedachte

- opbouw alinea's, functie inleiding en slot

- tekstverbanden en signaalwoorden

Wk. 38 

2.9 Spelling (p.162) opdr. 2,bcd, 3, 4bc, 6, 7, 9, 10, 11

Werkwoordvervoeging pv tt en vt, Engelse ww, meervouds-n bij verwijzingen

Zie ook p. 267 en oefen extra online 'Versterk jezelf', Beterspellen-app,  Cambiumned, KWT-uren

Wk. 39

Les 1: huiswerk aftekenen en voorbereiden toets

Les 2: Toets Leesvaardigheid en spelling  di 27 sept. 4e uur

Les 3: Fictie: (p.97-99) 

Literaire begrippen:

Spanning -> open plek, spanningsboog, cliffhanger, flashbacks-flashforwards, verhaallijnen, ruimte

Psychisch perspectief -> ik, personaal, auctoriaal (=alwetend), meervoudig-wisselend

Wk. 40

1.5 Woorden (p. 48) opdr. 4, 5, 6, 7, 8a, 9a, 10, 11a, 12, 13ab, 16a

leren woorden p.48

Toets bespreken: Leesvaardigheid en spelling

Wk.41 

1.6 Luisteren (p.57) opdr. 1, 4, en luistertaak 6, 7, 8 

Hoe maak je aantekeningen bij een filmpje?

1.8 Grammatica woordsoorten (p.70) opdr. 5, 6, 13, 14

bijv.nw, voorzetsel, bijwoord

WEEK 42: HERFSTVAKANTIE! -> LEES JE BOEK UIT

Wk. 43

1.10 Media & onderzoek (p.87) opdr. 1 t/m 7 en 9

1.2 Gedicht (p.21) opdr. 1 tm 4, 6a, 7-4

Hoe interpreteer je een gedicht?

Intertekstualiteit en allusie

Wk 44 toetsweek 2 t/m 10 nov.

Aftekenen taak 2 - huiswerk van hst.1 en spelling 2.9

Formatieve toets taak 2 -> klassikaal

Overhoor jezelf p.91 en/of online 'Versterk jezelf - Test jezelf

Stappenplannen p. 263 t/m 269

Oefen extra op Cambiumned