ZEO les 4 (officieel les 3)

• ZEO
• MBO
• Studiejaar 1

ZEO

les 4 (officieel les 3)

Wat gaan we doen vandaag

• Even herhalen 
• cognitieve ontwikkeling kleuter

Hoeveel moet een kleuter minimaal drinken op een dag?

1. 5 tot 7 bekertjes (ongeveer 1 liter)
2. 3 tot 5 bekertjes (ongeveer 0,5 liter)
3. 7 tot 10 bekertjes (ongeveer 1,5 liter
4. zoveel het kind zelf aangeeft.

Hoeveel ml zuivel daarvan op een dag?

1. ongeveer 4 bekertjes
2. hoeft niet perse
3. ongeveer 2 bekertjes
4. mag zoveel als het kind wil

Wat was ook alweer de fijne motoriek?

1. alle bewegingen die een kind maakt
2. De bewegingen die het kind als eerst maakt
3. uitvoeren van acties om bijvoorbeeld te rennen of springen
4. uitvoeren van acties om voorwerpen te pakken, te gebruiken en los te laten.

Wat voor voorbeelden kun je geven bij de grove motoriek?

Wat zou een verantwoordt tussendoortje kunnen zijn?

1. LIGA koekjes
2. banaan
3. appeltje
4. roze koek

cognitieve ontwikkeling

- Kleuters beschikken over een intrinsieke motivatie om iets nieuws eigen te maken

Intrinsieke motivatie: Alles wat van binnenuit komt en iemand motiveert tot een bepaald gedrag

- Kleuters houden van ordelijkheid en duidelijkheid (structuur en taakgericht)

- Ze sorteren graag voorwerpen, geven aan wat er bij hoort en wat niet etc.

leren door te doen

- Eerst kijken en dan nadoen

- Herhaling is belangrijk

geef een voorbeeld van intrinsieke motivatie

Een kleuter gaat af op wat hij ziet

Fantasie denken

- Een kleuter neemt zijn gedachten als waarheid

- Een kleuter fantaseert om zichzelf gerust te stellen

- Een kleuter fantaseert om een oplossing te vinden voor iets wat hij niet begrijpt

- Een kleuter fantaseert om een onmogelijke wens toch een beetje te vervullen (dagdromen)

- Een kleuter fantaseert om zijn eigen, nog zwakke ik te versterken (opscheppen)

Jokken

(hangt samen met fantasie denken)

Kleuters spreken zonder opzet onwaarheden

taalontwikkeling

Een kleuter gaat steeds meer taal gebruiken, het wordt een communicatiemiddel

De meeste 4-jarige kinderen kunnen goed verstaanbaar praten in korte, eenvoudige zinnen

Veel fouten hebben betrekking op werkwoordsvormen

“Deze had ik gekoopt” of “Ik had me gevallen”

sociale vaardigheden

Een kleuter kan anderen helpen, meeleven en iets delen met anderen. Een kleuter speelt graag met anderen. Vooral rollenspellen zijn favoriet!

In de kleuterfase krijgen de meeste kinderen hun eerste vriendjes.

Kleuters nemen gedrag van elkaar over, vooral van mensen die ze aardig vinden

Kleuters willen er graag bij horen

noem een voorbeeld van een rollenspel van kleuters

Hoe kan jij als (G)PM'er bijdragen aan het zelfbeeld van een kind?

Huiswerk!

werk de begrippen uit:

- Zelfbeeld

- Opgeblazen zelfbeeld

- Narcisme

- Innerlijk geweten

- Sensitiviteit

- Gender- identiteit

- Genderspecifiek gedrag

Lees de bijbehorende theorie uit het boek: Ontwikkeling en Activiteiten, en dan thema 9 Ontwikkeling van de kleuter.

indeling presentaties/activiteit

Zie it's learning