Les de ontwikkeling van het schoolkind

Herhaling (kleuter)
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
OntwikkelingspsychologieBeroepsopleidingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Herhaling (kleuter)
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling
Herhaling

Slide 1 - Diapositive

Wat weten jullie nog allemaal over de ontwikkeling van de kleuter?

Slide 2 - Carte mentale

Leeftijd van de kleuter:
A
3-6 jaar
B
6-12 jaar
C
5-10 jaar
D
4-6 jaar

Slide 3 - Quiz

Wat kan een kleuter op het gebied van de fijne motoriek (Motorische ontwikkeling)

Slide 4 - Question ouverte

Wat kan een kleuter op het gebied van de grove motoriek (Motorische ontwikkeling)

Slide 5 - Question ouverte

Een te sterke en te vroege handvoorkeur kan leiden tot slechtere motorische ontwikkeling en een minder goede coördinatie. Deze uitspraak is;
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quiz

Info dia;
Linkshandigheid komt onder jonge kinderen met een ontwikkelingsachterstand (waaronder motoriek) wat meer voor dan bij andere kinderen. Ook komt linkshandigheid iets vaker voor bij jongens dan bij meisjes. Zo zijn de oog-handcoördinatie en de fijne motoriek van linkshandige vier- tot zesjarigen verhoudingsgewijs minder ontwikkeld. Hetzelfde geldt voor jongens in die leeftijdsgroep.

Slide 7 - Diapositive

Intrinsieke motivatie is?

Slide 8 - Carte mentale

Info dia;
Een intrinsiek gemotiveerd kind doet een activiteit omdat hij dit interessant of leuk vindt. 
De drang om te leren komt van binnenuit en het leren verloopt als het ware spelenderwijs. Deze kinderen zijn leergericht. Een extrinsiek gemotiveerd kind voert een activiteit uit omdat daar een beloning (of straf) tegenover staat. 
Een kind is bijvoorbeeld gemotiveerd om te leren omdat hij of zij een goed cijfer wil halen. Deze kinderen zijn resultaatgericht. 

Slide 9 - Diapositive

Dia info;
Het maakt voor de uitvoering van een taak heel wat uit of een kind intrinsiek of extrinsiek gemotiveerd is.
Intrinsieke motivatie is belangrijk omdat het kind zelf verantwoordelijkheid neemt, een growth mindset heeft en zelf de wil heeft zijn werk af te ronden. Hiermee kan ook de werkmotivatie en het welbevinden van het kind verhoogd worden. 

Slide 10 - Diapositive

Een kleuter is niet graag taakgericht bezig. Deze uitspraak is
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Wat is de oorzaak van fantasiedenken bij een kleuter

Slide 12 - Question ouverte

Verschillende redenen waarom een kleuter fantaseert
A
gerust stellen oplossingen vinden voor wat hij niet begrijpt onmogelijke wensen toch te vervullen eigen zwakke ik versterken
B
gerust stellen oplossingen vinden voor wat hij niet begrijpt geen probleem maken van jokken steeds meer zelfbesef

Slide 13 - Quiz

Een kleuter is een stuk minder egocentrisch dan een peuter. Dit zie je terug in zijn spel. Deze uitspraak is
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

Genderspecifiek gedrag is

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Vidéo

Slide 31 - Vidéo

Werk en deze fase...
In het volgende filmpje zie je een instelling waar een jong meisje (schoolkind leeftijd) met een gedragsproblematiek in gesprek gaat met een persoonlijk begeleider..
Let goed op, na het filmpje, gaan we er over in gesprek! Wat zie je? Wat valt je op?Wat gaat er goed? Wat gaat er verkeerd?

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Vidéo

Evalueren!
Wat is je allemaal bij gebleven van deze les?
 Welke informatie kun je nog terughalen? 
Wat vond je moeilijk aan deze les?
 Benoem eens één herinnering van je schoolkind tijd positief?
 Benoem eens één herinnering van je schoolkind tijd negatief?

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive